Door Mu Zhen, Taiwan
Toen ik klein was, was ik een slim en gevoelig kind. Ik ontving dus altijd liefdevolle zorg van mijn ouders, verwanten en vrienden. Omdat ik goede cijfers haalde op school en vriendelijk en makkelijk in de omgang was, was ik populair bij leerkrachten en klasgenoten. Tijdens deze periode was ik vol hoop voor de toekomst. Toen het moment kwam dat ik de test voor de middelbare school moest afleggen, kwam ik tot mijn verbazing een halve punt te kort voor de beste meisjesschool en werd ik in plaats daarvan toegelaten tot een minder goede school. Het was me zo onmogelijk te accepteren wat er was gebeurd dat ik mezelf twee dagen op mijn kamer opsloot en weigerde te eten en te drinken. Dat was de eerste keer in mijn leven dat ik mislukking ervoer – ik had het gevoel dat ik in een afgrond was gevallen en ik was er helemaal kapot van.
Toen het schooljaar weer begon, begon ik met een depressief gevoel aan de oriëntatieperiode. Tijdens de oriëntatieperiode predikte een oudere klasgenote me het evangelie van de Heer Jezus. Toen ik meer kerkdiensten ging bezoeken en meer ervaringen van de broeders en zusters hoorde, voelde ik dat de genade van God trouw was en je erop kon bouwen. Ik geloofde dat, zolang ik maar tot de Heer Jezus Christus bad en smeekte, ik Zijn bescherming en zorg wel zou krijgen en een gevoel van vrede en veiligheid in mijn hart zou voelen. Vanuit die duistere depressie kreeg ik geleidelijk weer mijn optimisme en positiviteit terug. Later, in het tweede jaar van de middelbare school, werd ik als christen gedoopt.
Om meer te leren over de waarheden van de Bijbel, ging ik naar een theologisch college en als eerstejaars volgde ik een cursus die door de voorganger werd gegeven en ‘Inleiding tot religie’ heette. Tijdens een van de lessen vertelde de voorganger ons, “Hoofdstuk 13, vers 8 van Hebreeën stelt: ‘Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!’ De Heer Jezus is de ene en enige Redder. Hij is getrouw en betrouwbaar en Zijn naam zal nooit veranderen, in welk tijdperk dan ook. Alleen door op de naam van Jezus te vertrouwen kunnen we gered worden …” Zijn voordracht leerde me dat we alleen door de redding van de Heer Jezus van het kwaad en de dood kunnen worden bevrijd en dat we alleen door in de naam van de Heer Jezus te vertrouwen kunnen worden gered. De gedachte kwam bij me op dat de reden dat de oudere klasgenote die me tot de kerk had gebracht altijd zo gelukkig en zelfverzekerd leek te zijn, waarschijnlijk was omdat ze haar levenskracht ontleende aan haar vertrouwen in de Heer. Na die les besloot ik de Heer Jezus te volgen en mijn uiterste best te doen Hem te dienen. Hiertoe besteedde ik al mijn tijd na de lessen aan het deelnemen aan communicaties, Bijbelstudie en evangelisatiewerk, en ik miste niet een keer een preek of bijeenkomst.
Na verloop van tijd realiseerde ik me dat de preken van de voorgangers en ouderlingen altijd over dezelfde oude dingen gingen – er was geen nieuw licht in wat ze zeiden en wij, als gelovigen, verwierven uit hun woorden zelfs niet ook maar het kleinste beetje geestelijk voedsel. Sommige broeders en zusters leefden in zwakheid – ze woonden nooit bijeenkomsten bij en niemand nam de moeite om hen te helpen of te ondersteunen. Er waren ook broeders en zusters die tijdens de preken zaten te dutten en na de bijeenkomsten de mensen koopwaar en verzekeringen probeerden te verkopen. Sommige mensen voerden zelfs campagne voor politieke kandidaten. Ik dacht bij mezelf: ben je nog steeds een christen als je in de Heer geloofd maar slechts je persoonlijke voordeel nastreeft en geen groei in je geestelijk leven najaagt? De voorgangers en ouderlingen proberen deze dingen niet eens te voorkomen – is dit in overeenstemming met de wil en eisen van de Heer? De situatie in de kerk maakte me boos en stelde me teleur. Omdat ik lange tijd geen geestelijk voedsel had ontvangen, voelde ik me geestelijk verarmd en zwak. Sterker nog, omdat ik druk was met mijn werk en in het weekend vaak overuren maakte, nam ik tenslotte niet eens meer de moeite bijeenkomsten bij te wonen. Alleen wanneer ik op een probleem stuitte las ik mijn Bijbel en bad ik in de naam van de Heer. Ik voelde me zonder hoop en doel, verloren en hulpeloos.
In oktober 2016 ontmoette ik broeder Wang van De Kerk van Almachtige God. Broeder Wang stelde me voor aan broeder Jin en een aantal andere broeders en zusters. De communicatie van broeder Jin hielp me vele waarheden te begrijpen die ik eerder niet had begrepen. Zijn communicatie met betrekking tot de waarheid van Gods incarnatie was bijzonder praktisch en duidelijk en ik had er heel veel aan. Ik had vele jaren in de Heer geloofd, had de Bijbel bestudeerd en had naar ontelbare preken van spirituele persoonlijkheden, voorgangers en ouderlingen geluisterd, maar ik had nog nooit iemand zo trefzeker en helder over dit aspect van de waarheid horen communiceren. Mijn geest werd begoten en er kwam van binnen een verlangen op om op zoek te gaan. Daarna woonde ik vaak online-bijeenkomsten bij.
Tijdens een van deze bijeenkomsten communiceerde broeder Jin en zei: “Om de mensheid volkomen te redden, is God een zesduizendjarig reddingsplan gestart, onderverdeeld in drie verschillende tijdperken. In elk tijdperk voert Hij een andere werkfase uit. Gods naam verandert naargelang het verschillende werk dat Hij uitvoert. In het Tijdperk van de Wet bijvoorbeeld, voerde God Zijn werk uit onder de naam ‘Jehova’, Hij vaardigde wetten en geboden uit en leidde de vroege Israëlieten bij hun leven op aarde. Zodra God echter Zijn werk in het Tijdperk van de Wet beëindigd had en begon aan Zijn werk van verlossing in het Tijdperk van Genade, veranderde Zijn naam van ‘Jehova’ in ‘Jezus’. Nu zijn we in de laatste dagen en voert God het werk van oordeel beginnende in het huis van God uit op het fundament van Jezus’ verlossingswerk. Hij heeft het Tijdperk van Genade afgesloten en het Tijdperk van het Koninkrijk ingeluid. Toen Hij dit deed veranderde Zijn naam in ‘Almachtige God’.” Toen ik broeder Jin hoorde zeggen dat Gods naam was veranderd, dacht ik bij mezelf: de Bijbel stelt duidelijk: “Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!” (Hebreeën 13:8). De Heer Jezus waar ik in geloof is de enige ware God en de naam van de Heer Jezus zal nooit veranderen. Alleen door de naam van de Heer Jezus kunnen we worden gered – hoe kun je nu zeggen dat Gods naam is veranderd? Als we in onze gebeden niet de naam van Jezus aanroepen, maar een andere naam gebruiken, hoe kan dat dan nog steeds in overeenstemming met de Bijbel zijn? De communicatie van broeder Jin tartte mijn overtuigingen diepgaand. Hij gebruikte de volgende analogie: “Zuster Mu Zhen, als een bedrijf je het ene jaar planner en het volgende jaar manager maakt, dan zou je titel veranderen naargelang de eisen van je werk. De mensen die je eerst planner Mu noemden, zouden je nu manager Mu noemen – maar zou je ondanks de verandering van titel en functie zelf veranderd zijn? Zou je nog steeds jezelf zijn?” Ik antwoordde: “Ik zou nog steeds mezelf zijn” en kwam verder niet met tegenwerpingen, maar in mijn hart kon ik nog steeds niet aanvaarden wat hij zei. Ik dacht bij mezelf: Gods naam kan nooit veranderen. Alleen door op de naam van de Heer Jezus te vertrouwen kunnen we gered worden. Zo makkelijk overtuig je me niet. Ik negeer jullie gewoon van nu af aan allemaal en dan ben ik er vanaf. Na afloop van de bijeenkomst blokkeerde ik alle broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God in de chat-app.
Tot mijn verbazing hoorde ik op de dag dat ik alle broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God had geblokkeerd, het was ongeveer acht uur ’s avonds en ik was de afwas aan het doen in de keuken, ging plotseling de deurbel. Ik deed de deur open en voor me stonden twee meisjes die ik nog nooit eerder had gezien. Een van de meisjes overhandigde me een pamflet. Ik was eerst heel beleefd tegenover de meisjes, maar toen ik zag dat het pamflet dat ze me hadden overhandigd de titel had ‘Christus wederkomst – de Heer Jezus is wedergekeerd met de wolken’, realiseerde ik me plotseling dat ze gekomen waren om het evangelie te prediken. Omdat ik in die tijd geloofde dat de naam van de Heer Jezus nooit veranderde, was ik een beetje geïrriteerd door de twee meisjes en gaf het pamflet dat ze me gegeven hadden terug. Ze leken een beetje terneergeslagen en toen ik me omdraaide om weer naar binnen te gaan vroeg een van de zusters me: “Zuster, kun je dit nieuws niet aanvaarden omdat je niet in God gelooft of omdat je van een andere denominatie bent? Heb je ooit zorgvuldig onderzoek gedaan en de waarheid gezocht?” Wat de zusters ook zeiden, ik had echt geen zin nog meer van mijn tijd aan hen te besteden en keerde dus gewoon terug naar de keuken om verder af te wassen. Terwijl ik de afwas aan het doen was, bleef de vraag van de zuster door mijn hoofd spelen: “Heb je ooit zorgvuldig onderzoek gedaan en de waarheid gezocht?” Ik dacht bij mezelf: het kan best wel eens zo zijn dat ik echt nooit zorgvuldig de waarheid heb gezocht. Ik dacht terug aan hoe broeder Wang en de anderen hadden gecommuniceerd over de wijziging van Gods naam en hoe dit afweek van de manier waarop ik het zelf begreep. Maar zelfs toen ik het niet begreep, had ik niet het verlangen gehad de waarheid te zoeken en had alleen maar op basis van mijn kennis van de Bijbel geanalyseerd wat hij had gezegd. Ik had de aspecten van hun communicatie waar ik het mee eens was aanvaard, maar had geen onderzoek gedaan of ook maar enige aandacht besteed aan dat waar ik het niet mee eens was. Pas toen realiseerde ik me dat mijn kennis van de Bijbel er de oorzaak van was dat ik mijn zuiverheid en eenvoud van hart was kwijtgeraakt. Ik had een zelfgenoegzame houding tegenover de waarheid aangenomen – hoe kon ik mezelf nu hebben beschouwd als iemand die oprecht naar de waarheid zocht?
Toen ik was gekalmeerd herinnerde ik me iets waarover de broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God vaak communiceerden: “Gods schapen luisteren naar Gods stem – als we de wederkomst van de Heer willen verwelkomen, moeten we naar Gods stem luisteren, Zijn stem onderscheiden en begrijpen wat de waarheid is.” De communicatie die door de broeders en zusters werd gegeven was in overeenstemming met de Bijbel. De wijze maagden moesten naar Gods stem luisteren, en was Petrus in het Tijdperk van Genade niet in staat geweest de Heer Jezus te volgen omdat hij Gods stem in de woorden van de Heer had gehoord? Toen ik me dit realiseerde, haalde ik gehaast mijn Bijbel tevoorschijn en opende deze bij het boek Openbaring, hoofdstuk 3, vers 20 tot en met 22, waar staat: “Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal ik binnenkomen, en we zullen samen eten, ik met hem en hij met mij. Wie overwint zal samen met mij op mijn troon zitten, net zoals ik zelf overwonnen heb en samen met mijn Vader op zijn troon zit. Wie oren heeft, moet horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt.” Ik overwoog deze passage van de Schrift zorgvuldig en dacht bij mezelf: God vraagt van ons dat we, elke keer dat de Heilige Geest spreekt, luisteren. Ik heb nu het geluk gehad te hebben gehoord over de wederkomst van de Heer en in de gelegenheid gesteld te zijn kennis te maken met het werk van de laatste dagen van Almachtige God. Waarom laat ik me dan nog steeds tegenhouden door mijn eigen opvattingen? Waarom weiger ik te luisteren naar ideeën die ik niet begrijp of die tegenstrijdig zijn met mijn eigen opvattingen? Zelfs als ik niet voetstoots kan aanvaarden dat Gods naam is veranderd, dan zou ik toch op z’n minst deze kwestie moeten onderzoeken en tot een beslissing moeten komen zodra ik een beter inzicht heb gekregen! Ik stuitte vervolgens op de volgende passage in Matteüs 7 vers 7. “Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan.” Wanneer God werkelijk aan de deur is komen kloppen, dacht ik, en ik, misleid door mijn eigen opvattingen, mijn oren sluit en Hem buitensluit in mijn totale ongevoeligheid, en daarmee de kans misloop op Gods redding in de laatste dagen, zou dat dan niet verschrikkelijk jammer zijn?
Die nacht kon ik niet in slaap vallen en bleef maar alles wat er die avond was gebeurd in mijn hoofd afspelen. Ik dacht bij mezelf: ik woon hier nu 18 jaar en dit is de eerste keer dat er ooit iemand langs is gekomen om het evangelie te verspreiden. Die zuster vroeg zelfs of ik ooit zorgvuldig de waarheid had gezocht en onderzocht – is het mogelijk dat het Gods plan was dat deze twee zusters die ik nooit eerder had ontmoet langs zouden komen om met mij over het evangelie te praten? En toen ik me ongedurig voelde nadat ik ze had afgewezen en in de Bijbel was gaan lezen om antwoorden te vinden, leidde God me naar een passage over de Heer die op de deur klopt – was het verkeerd van me ze weg te sturen? Is Almachtige God werkelijk de wedergekeerde Heer Jezus? Met deze gedachten in mijn hoofd stapte ik onmiddellijk uit bed en bad tot de Heer waarbij ik Hem om Zijn leiding en verlichting vroeg. Na mijn gebed te hebben beëindigd, opende ik mijn computer en surfde naar de officiële website van De Kerk van Almachtige God, die ‘Evangelie van de komst van het koninkrijk’ heet, en zocht passages die te maken hadden met Gods naam op. Ik vond de volgende passage van de woorden van Almachtige God: “Sommigen zeggen dat de naam van God niet verandert, waarom veranderde de naam van Jehova dan in Jezus? De komst van de Messias was voorspeld, waarom kwam er dan een mens die Jezus heette? Waarom veranderde de naam van God? Was een dergelijk werk niet al lang geleden uitgevoerd? Kan God nu geen nieuw werk meer doen? Het werk van gisteren kan gewijzigd worden, en het werk van Jezus kan dat van Jehova opvolgen. Kan het werk van Jezus dan niet door ander werk worden opgevolgd? Als de naam Jehova in Jezus veranderd kan worden, kan dan de naam van Jezus niet ook worden gewijzigd? Dit is niet ongebruikelijk, dat denken de mensen maar door de eenvoud van hun geest. God zal altijd God zijn. Ongeacht de verandering in Zijn werk en Zijn naam, Zijn gezindheid en wijsheid blijven voor altijd hetzelfde. Als je denkt dat God alleen Jezus genoemd kan worden, weet je te weinig” (‘Hoe kan een mens die God in zijn opvattingen heeft afgebakend de openbaring van God ontvangen?’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Nadat ik deze passage had gelezen, begreep ik dat God in elk tijdperk een nieuw werk verricht en op basis van wat Zijn nieuwe werk vereist een nieuwe naam aanneemt. Ik dacht eraan hoe Gods naam in het Tijdperk van de Wet Jehova luidde en dat God onder deze naam de Israëlieten leidde. Toen echter de Heer Jezus kwam om Zijn werk te doen, was Gods naam toen niet veranderd van Jehova in Jezus? Almachtige God heeft deze kwestie nu heel duidelijk uitgelegd – wie zou zulke mysteries hebben onthuld als God niet Zelf was gekomen om de waarheid uit te drukken? Ik had geweigerd het idee van de veranderende naam van God te onderzoeken omdat het niet paste bij mijn eigen opvattingen. Als Almachtige God werkelijk de herverschijning van de Heer Jezus was en ik de Heer elke keer dat Hij op mijn deur klopte buitensloot, en ik daarmee de kans mis zou lopen de wederkomst van de Heer te verwelkomen, wat zou dat dan verschrikkelijk jammer zijn. En dus besloot ik zorgvuldig het werk van de laatste dagen van Almachtige God te zoeken en te bestuderen.
Wat later deblokkeerde ik de broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God en vertelde hen over de ervaring die ik die nacht had gehad. Tijdens een bijeenkomst deelden de broeders en zusters deze passage uit de Schrift met me: “Wat denken jullie? Als iemand honderd schapen bezit en een daarvan dwaalt af, zal hij er dan niet negenennegentig in de bergen achterlaten en op weg gaan om het afgedwaalde dier te zoeken?” (Matteüs 18:12). De broeders en zusters vertelden me dat ik op dat verloren schaap leek en dat God naar me op zoek was gegaan en me terug voor Zijn aangezicht had gebracht. Het was werkelijk Gods genade dat God me ertoe bracht de broeders en zusters te deblokkeren en de bijeenkomsten weer bij te wonen toen ik was afgedwaald. God zij dank dat Hij me niet verlaten heeft!
Precies op dat moment vroeg zuster Xiling me: “Zuster Mu Zhen, blokkeerde je plotseling iedereen omdat je een bepaald aspect van de waarheid niet begreep?” Ik knikte en zei: “De Bijbel zegt duidelijk: ‘Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!’ (Hebreeën 13:8). Dit toont aan de Jezus Christus eeuwig onveranderlijk is. Zelfs wanneer God in de laatste dagen terugkeert, zou Hij nog steeds de naam Jezus dragen – deze naam zal nooit veranderen. Maar broeder Jin zei tijdens zijn communicatie dat Gods naam in de laatste dagen Almachtige God luidt. Dit kan ik gewoon niet aanvaarden. Vanaf het moment dat ik werd gedoopt heb ik altijd gebeden in de naam van de Heer Jezus, hoe kan ik Hem dan bij een andere naam noemen?” Toen ik uitgesproken was, zond zuster Xiling me de volgende passage van Gods woorden: “Je hebt mensen die zeggen dat God onveranderlijk is. Dat klopt, maar het verwijst naar de onveranderlijkheid van Gods gezindheid en Zijn substantie. Veranderingen in Zijn naam en werk bewijzen niet dat Zijn substantie is veranderd; met andere woorden, God zal altijd God zijn, en dit zal nooit veranderen. Als je zegt dat het werk van God onveranderlijk is, zou Hij dan Zijn zesduizend jaar durende managementplan kunnen voleinden? Jij weet alleen dat God altijd hetzelfde blijft, maar weet je ook dat God altijd nieuw is en nooit oud? Als het werk van God onveranderlijk is, had Hij dan de mensheid helemaal tot aan de huidige dag kunnen leiden? Als God onveranderlijk is, hoe kan Hij dan al twee tijdperken aan werk volbracht hebben? […] En dus verwijzen de woorden ‘God is altijd nieuw en nooit oud’ naar Zijn werk en de woorden ‘God is onveranderlijk’ naar wat God inherent heeft en is. Hoe dan ook kun je het werk van zesduizend jaar niet aan één enkel punt ophangen of met dode woorden omvatten. Zo stom is de mens nu. God is niet zo eenvoudig als de mens zich voorstelt, en Zijn werk kan niet in één enkel tijdperk blijven dralen. Jehova bijvoorbeeld kan niet altijd staan voor de naam van God; God kan ook Zijn werk doen onder de naam Jezus. Dit is een teken dat Gods werk zich altijd in voorwaartse richting beweegt” (‘De visie van Gods werk (3)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).
Zuster Xiling zei vervolgens: “De woorden van Almachtige God leggen dit heel duidelijk uit: wanneer we zeggen ‘dat God onveranderlijk is’, verwijzen we naar Zijn gezindheid en wezen. Dit betekent niet dat Gods naam nooit verandert. God is altijd nieuw en nooit oud, Gods werk gaat altijd vooruit en Zijn naam moet veranderen om de veranderingen in Zijn werk te weerspiegelen. Maar hoe Gods naam ook verandert, Gods wezen verandert nooit – God is nog steeds God. En toch begrijpen we niet waar ‘onveranderlijk’ werkelijk naar verwijst en zien we niet hoe Gods werk altijd nieuw is en nooit oud. Daarom gaat het ons zo makkelijk af Gods werk te beperken en ons zelf op basis van onze eigen opvattingen en voorstellingen tegen God te verzetten. De farizeeën klampten zich bijvoorbeeld vast aan de opvatting ‘Jehova is de enige God, er is geen andere redder dan Jehova’. Toen God dus kwam om Zijn werk te doen en de naam ‘Jezus’ droeg, en de farizeeën zagen dat de naam van Jehova was veranderd, maar dat Hij niet ‘Messias’ heette zoals de profetieën hadden voorspeld, ontkenden ze dat de Heer Jezus Christus was, dat Hij God Zelf was, en veroordeelden ze de Heer Jezus en verzetten zich fanatiek tegen Hem. Uiteindelijk zwoeren ze samen met de Romeinse autoriteiten om de Heer Jezus aan het kruis te nagelen. Voor deze meest schandelijke van alle zonden lijden ze onder Gods bestraffing. Evenzo, als wij ons blindelings blijven vastklampen aan de Bijbel en het idee dat Gods naam onveranderlijk is, en Gods werk van de laatste dagen ontkennen, zijn wij dan anders dan de farizeeën die beweerden in God te geloven maar die voor het pad van weerstand tegen God kozen?”
Vervolgens vroeg ze me twee andere passages van Gods woorden te lezen: “In elk tijdperk verricht God nieuw werk en heeft Hij een nieuwe naam; hoe zou Hij in verschillende tijdperken hetzelfde werk kunnen doen? Hoe zou Hij kunnen vasthouden aan het oude? De naam van Jezus is gekozen omwille van het verlossingswerk, zou Hij dan dezelfde naam houden als Hij terugkeert in de laatste dagen? Zou Hij nog altijd het verlossingswerk verrichten? Waarom zijn Jehova en Jezus één, maar hebben ze in verschillende tijdperken toch verschillende namen? Komt het niet doordat de tijdperken van hun werk anders zijn? Zou een enkele naam een volledige weergave van God kunnen bieden? Daarom moet God in een ander tijdperk bij een andere naam genoemd worden, en de naam gebruiken om het tijdperk te veranderen en het tijdperk weer te geven. Want geen enkele naam kan God volledig weergeven, en elke naam kan slechts een tijdelijke blik bieden op Gods gezindheid in een bepaald tijdperk; de naam hoeft alleen maar Zijn werk weer te geven. Daarom kan God enige naam kiezen die bij Zijn gezindheid past om het gehele tijdperk te vertegenwoordigen” (‘De visie van Gods werk (3)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “Zou de naam van Jezus – ‘God met ons’ – de gezindheid van God in zijn geheel kunnen weergeven? Kan het God volledig uitdrukken? Als de mens zegt dat God alleen Jezus kan worden genoemd, en geen andere naam mag hebben omdat God Zijn gezindheid niet kan veranderen, dan is dat zeker godslastering! Geloof jij dat alleen de naam Jezus, God met ons, God in zijn geheel kan vertegenwoordigen? God kan vele namen hebben, maar onder al die namen kan er niet één alles van God omvatten, niet één God volledig vertegenwoordigen. God heeft dus veel namen, maar al die namen kunnen Gods gezindheid niet volledig uitdrukken, want de veelzijdigheid van Gods gezindheid gaat het menselijke vermogen om Hem te kennen simpelweg te boven. […] God kan nooit volledig worden weergegeven door één bepaald woord of één bepaalde naam, denk je dan soms dat Zijn naam kan worden vastgezet? God is zo groot en zo heilig, maar Hij mag van jou Zijn naam niet veranderen in elk nieuw tijdperk? Daarom gebruikt God, in elk tijdperk waarin Hij persoonlijk Zijn eigen werk doet, een naam die passend is bij het tijdperk om het werk te omschrijven dat Hij van plan is uit te voeren. Hij gebruikt deze specifieke naam, die tijdelijk van belang is, om Zijn gezindheid in die tijd weer te geven. Hier gebruikt God de taal van de mensheid om Zijn eigen gezindheid tot uitdrukking te brengen” (‘De visie van Gods werk (3)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).
Zuster Xiling communiceerde en zei: “God voert in elk tijdperk slechts één fase van het werk van Zijn plan uit en drukt slechts één aspect van Zijn gezindheid uit. De naam die Hij aanneemt in een bepaald tijdperk representeert de gezindheid die Hij manifesteert en het werk dat Hij doet in dat tijdperk. In het Tijdperk van de Wet bijvoorbeeld, vertegenwoordigde de naam Jehova het werk dat God deed en stond tegelijk voor de majesteitelijke, toornige, genadige en vervloekende aspecten van Zijn gezindheid. Onder de naam Jehova verkondigde God wetten en geboden en leidde de mensheid in hun leven op aarde. Als gevolg daarvan werd het gedrag van de mens steeds meer gereguleerd en leerden ze God te aanbidden. Tegen het einde van het Tijdperk van de Wet, omdat de mensen steeds meer waren verdorven door Satan, hielden ze zich niet langer aan de wetten en geboden en liepen het risico te worden veroordeeld en gedood. Om de mensen van de strengheid van de wet te redden, voerde God het werk van verlossing uit onder de naam Jezus, en begon zo het Tijdperk van Genade en sloot het Tijdperk van de Wet af. Hij uitte Zijn liefdevolle en genadige gezindheid, preekte de weg van berouw en redde tenslotte de mensheid door Zijn kruisiging. Allen die de Heer Jezus als Redder aanvaardden en in de naam van de Heer baden om te biechten en berouw te tonen, werden vergeven. Hieruit kunnen we opmaken dat het veelbetekenend is welke naam God in elk tijdperk kiest. Elke naam vertegenwoordigt een deel van Gods werk en een aspect van Zijn gezindheid – één naam kan de totaliteit van God niet vertegenwoordigen. Als God in het Tijdperk van Genade gekomen was met de naam Jehova en niet met die van Jezus, dan zou Gods werk niet verder zijn gekomen dan het Tijdperk van de Wet en zouden wij als verdorven mensen nooit onze verlossing hebben ontvangen, maar zouden we in plaats daarvan zijn veroordeeld en gedood voor het overtreden van de wetten en geboden. Evenzo, als God toen Hij in de laatste dagen wederkwam nog steeds Jezus zou worden genoemd, dan zou Gods werk niet verder zijn gekomen dat het Tijdperk van Genade. Onze zonden zouden zijn vergeven, maar we zouden nog steeds in de vicieuze cirkel van het begaan en opbiechten van zonden leven en we zouden niet in staat zijn ons te bevrijden van de boeien van de zonde en zuivering bereiken. Om ons dus volkomen te bevrijden van de boeien van onze zonde en zuivering te bereiken, is God nogmaals geïncarneerd om Zijn woorden uit te drukken, het werk van oordeel en zuivering uit te voeren, het Tijdperk van het Koninkrijk te vestigen en het Tijdperk van Genade af te sluiten. Met de verandering van de tijdperken is ook Gods naam veranderd in ‘Almachtige God’. Daarmee wordt de profetie van Openbaring 1 vers 8 vervuld die luidt: ‘“Ik ben de alfa en de omega,” zegt God, de Heer, “ik ben het die is, die was en die komt, de Almachtige.”’
Door middel van de communicatie van de broeders en zusters begreep ik dat de passage van de Schrift die stelt: “Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!” (Hebreeën 13:8) niet betekent dat Gods naam nooit zal veranderen, maar dat Gods wezen onveranderbaar is. Ik leerde ook dat God Zijn zesduizendjarige managementplan in drie delen had verdeeld – het Tijdperk van de Wet, het Tijdperk van Genade en het Tijdperk van het Koninkrijk – en dat God bij elke nieuwe werkfase een nieuwe naam aanneemt om Zijn werk en gezindheid gedurende dat tijdperk weer te geven. Hij gebruikte ook het aannemen van een nieuwe naam om een nieuw tijdperk in te luiden. Hoe veelbetekenend is Gods naam in elk tijdperk! Als Gods naam, zoals ik eerder geloofde, nooit veranderde, en Hij bij Zijn wederkomst nog steeds Jezus werd genoemd, zou Zijn werk dan niet tot stilstand komen?
Na de bijeenkomst zocht ik opnieuw enkele passages uit Openbaring op: “‘Ik ben de alfa en de omega,’ zegt God, de Heer, ‘ik ben het die is, die was en die komt, de Almachtige’” (Openbaring 1:8). “Wie overwint maak ik tot een zuil in de tempel van mijn God. Daar zal hij voor altijd blijven staan. Ik zal op hem de naam schrijven van mijn God en van de stad van mijn God, het nieuwe Jeruzalem dat bij mijn God vandaan uit de hemel zal neerdalen, en ook mijn eigen nieuwe naam” (Openbaring 3:12). Alles werd me na het lezen van deze passages plotseling duidelijk en ik dacht bij mezelf: ik heb deze twee passages eerder gelezen, waarom merkte ik toen niet op wat ze werkelijk betekenden? Deze twee passages uit de Schrift voorspellen duidelijk hoe, wanneer God wederkomt in de laatste dagen, Hij niet langer Jezus zal worden genoemd en Zijn nieuwe naam “de Almachtige” zal zijn. Ik had me altijd vastgeklampt aan het citaat uit de Bijbel dat luidt: “Jezus Christus blijft dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid!” (Hebreeën 13:8) en dacht dat Gods naam nooit zou veranderen. Het kwam echter nooit in me op andere passages van de Schrift te bestuderen en bleef Gods werk van de laatste dagen verwerpen. Ik was zo onwetend! Door de communicatie die door de broeders en zusters werd gegeven, en door de profetieën in de Bijbel met betrekking tot Gods naam, koester ik niet langer twijfels over de naam die God in de laatste dagen heeft gekozen.
Enige tijd later, tijdens een bijeenkomst, lazen we een andere passage van Gods woorden: “Eens ben ik aangeduid met Jehova. Ik ben ook de Messias genoemd en de mensen noemden me Jezus de Redder, omdat ze van mij hielden en mij respecteerden. Maar in deze tijd ben ik niet de Jehova of Jezus die de mensen in het verleden hebben gekend – ik ben de God die is teruggekeerd in de laatste dagen, de God die het tijdperk tot het einde zal voeren. Ik ben God Zelf die oprijst vanaf het uiteinde der aarde, vervuld van mijn volledige gezindheid en vol gezag, eer en glorie. De mensen zijn nooit interactie met mij aangegaan, hebben mij nooit leren kennen en hebben mijn gezindheid nooit leren kennen. Vanaf de schepping van de wereld tot op de dag van vandaag heeft geen enkel mens mij ooit gezien. Dit is de God die in de laatste dagen aan de mens verschijnt, maar onder de mensen verborgen is. Hij houdt verblijf onder de mensen, waarachtig en echt, als de brandende zon en het vlammende vuur, vol kracht en vol gezag. En er is geen enkel mens of ding die niet zal worden geoordeeld door mijn woorden en er is geen enkel mens of ding dat niet door het branden van het vuur zal worden gezuiverd. Uiteindelijk zullen alle naties worden gezegend vanwege mijn woorden en ook aan stukken worden geslagen vanwege mijn woorden. Zo zullen alle mensen in de laatste dagen zien dat ik de teruggekeerde Redder ben, dat ik de Almachtige God ben die de hele mensheid overwint; ik ben ooit het zondoffer voor de mens geweest, maar in de laatste dagen word ik ook het vuur van de zon dat alles verbrandt en de Zon van de rechtvaardigheid die alles openbaart. Dat is mijn werk van de laatste dagen. Ik heb deze naam aangenomen en ik bezit deze gezindheid zodat alle mensen kunnen zien dat ik een rechtvaardige God ben, en de brandende zon en het vlammende vuur. Dit is zodat allen mij, de enige ware God, kunnen aanbidden en zodat zij mijn ware gezicht kunnen zien: ik ben niet alleen de God van de Israëlieten en ik ben niet alleen de Verlosser – ik ben de God van alle schepselen in de hemelen, op de aarde en in de zeeën” (‘De Redder is al teruggekeerd op een “witte wolk”’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).
Zuster Xiling communiceerde en sprak: “In de laatste dagen is God onder de naam ‘Almachtige God’ begonnen aan het oordeelswerk met woorden in het Tijdperk van het Koninkrijk, en heeft de mensheid Zijn rechtvaardige, majesteitelijke gezindheid die geen belediging duldt geopenbaard. De woorden die Almachtige God heeft uitgedrukt onthullen de werkelijkheid van de door Satan veroorzaakte verdorvenheid van de mensheid alsook de bron van ons verzet tegen God. Gods woorden spreken een oordeel uit over onze opstandigheid en onrechtvaardigheid en tonen ons het pad en de richting die we moeten volgen om onze gezindheid te veranderen. Zolang we ons richten op het in alles nastreven van de waarheid, de waarheid gebruiken om onze verdorven gezindheden uit te roeien en ons gedragen en anderen behandelen overeenkomstig Gods eisen, kunnen we ons geleidelijk ontdoen van onze verdorven gezindheden en de volledige redding van God bereiken. Wanneer het werk van Almachtige God op aarde voltooid is, zullen allen die Gods werk in de laatste dagen hebben aanvaard en Gods zuivering en redding hebben bereikt door God Zijn koninkrijk binnen worden geleid om te genieten van Gods zegeningen en Zijn belofte. Wat betreft degenen die Gods werk in de laatste dagen hebben verworpen of zich zelfs tegen Hem hebben verzet, kwaad over Hem hebben gesproken en Hem hebben belasterd, zij zullen allen worden getroffen door de grote rampen van de eindtijd en zullen door God worden gestraft en vernietigd. God neemt dus de naam ‘Almachtige God’ aan om aan de gehele mensheid Zijn rechtvaardige, majesteitelijke gezindheid die geen belediging duldt te laten zien. Hij scheidt de mensen naar hun aard, brengt dit boze tijdperk tot een einde en voltooit al het werk van Gods zesduizendjarige managementplan. God wil dat we zien dat Hij niet alleen de Heer en Schepper van alle dingen is, maar ook dient als ons zondoffer en de mensheid zelfs kan vervolmaken, transformeren en zuiveren. God is de Eerste en de Laatste en Zijn wonderbaarlijke daden zijn ondoorgrondelijk voor de mens. Daarom is het feit dat God de naam ‘Almachtige God’ aanneemt zo bijzonder veelbetekenend. Op dit moment beschermt de Heilige Geest alleen het werk dat wordt gedaan onder de naam van Almachtige God. Allen die Gods werk van de laatste dagen aanvaarden en bidden in de naam van Almachtige God kunnen het werk van de Heilige Geest ontvangen en worden voorzien van levend levenswater. De kerken van het Tijdperk van Genade zijn somberder en troostelozer geworden – het geloof van hun gelovigen wordt koud, hun preken ontbreekt het aan inhoud, ze worden niet ontroerd in hun gebed, en meer en meer gelovigen worden verleid door wereldse trends. De bron van hun problemen ligt in het feit dat God nieuw werk aan het uitvoeren is en dat het werk van de Heilige Geest overgegaan is van de kerken van het Tijdperk van Genade naar de kerken van het Tijdperk van het Koninkrijk. Ze hebben de voetstappen van het Lam niet weten bij te houden omdat ze het oordeelswerk van Almachtige God niet hebben aanvaard. Daarom kunnen ze de voorraad levend levenswater niet ontvangen en moeten ze zonder uitweg in duisternis voortploeteren.”
Door Gods woord te lezen en te luisteren naar de communicatie van de zuster, verwierf ik een dieper inzicht in de betekenis van het feit dat God in verschillende tijdperken verschillende namen aanneemt. Ik verwierf ook kennis over Gods oordeelswerk en de gezindheid die Hij uitdrukte in de laatste dagen – dit is cruciaal voor onze bevrijding uit de boeien van de zonde en voor onze redding door God! Het bleek dat de reden waarom ik de laatste jaren me niet geestelijk gevoed had gevoeld wanneer ik naar preken luisterde, en waarom het geloof van mijn broeders en zusters zwak was geworden en de preken geen inhoud meer hadden, was dat het werk van de Heilige Geest al was overgegaan: de Heilige Geest beschermt alleen het werk dat wordt gedaan onder de naam van Almachtige God. Omdat we Gods nieuwe naam niet hadden aanvaard en de voetstappen van het Lam niet bij hadden gehouden, waren we in duisternis gevallen. Het was op dat moment dat ik in mijn hart wist dat Almachtige God werkelijk de wedergekeerde Heer Jezus was.
Later communiceerden mijn broeders en zusters met me over hoe je onderscheid kon maken tussen ware kerken en valse kerken en tussen het werk van de Heilige Geest en dat van Satan, en andere aspecten van de waarheid. Ik had heel veel aan deze communicaties. Elke keer dat ik samenkwam met mijn broeders en zusters om gospelfilms en -video’s te bekijken, voelde ik me geestelijk voldaan en werd mijn hart vervuld van een gevoel van vrede en veiligheid. De woorden van Almachtige God losten niet alleen vele problemen op waar ik eerder in mijn geloof in de Heer tegen aan was gelopen, maar verhielpen ook vele problemen die ik in mijn leven had. Ik kreeg ook dat gevoel van geloof terug dat ik had toen ik voor het eerst in de Heer ging geloven. Ik was heel blij dat God me had gekozen om Zijn werk van de laatste dagen te aanvaarden en ik begon de voetstappen van het Lam bij te houden. Nu lees ik Gods woorden elke dag. Hoe meer ik lees, hoe meer ik voel dat mijn hart zich met licht vult, en uit de grond van mijn hart ben ik er absoluut zeker van dat het woord van Almachtige God de waarheid is en Gods stem. Ik was er volledig zeker van dat God nu verschenen was en werkt als Almachtige God, en ik aanvaardde de naam van Almachtige God en sloot me officieel aan bij De Kerk van Almachtige God. Almachtige God zij dank voor mijn redding!
De bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap.
uit ‘De Kerk van Almachtige God’