Wij getuigen ook van het werk van de laatste dagen van Almachtige God voor de mensen van ons eigen land en voor mensen van andere landen zodat zij weten dat de Heer Jezus al is teruggekeerd en dat zij net als wij Gods redding van de laatste dagen kunnen verwerven.

Door Novo, Filippijnen

Ik heet Novo en ik kom van de Filippijnen. Vanaf dat ik klein was, heb ik mijn moeder gevolgd in haar geloof in God, en ik ging samen met mijn broers en zussen mee om naar preken te luisteren in de kerk. Ik geloofde wel al vele jaren in de Heer, maar had het gevoel dat ik geen verandering had ondergaan en dat ik net zo was als een ongelovige. In mijn hart dacht ik voortdurend na over hoe ik meer geld kon verdienen, en hoe ik mijn dagen comfortabel zou kunnen doorbrengen en van het goede leven zou kunnen genieten. Bovendien ging ik ook nog eens altijd maar weer drinken met mijn vrienden, en als ik maar even geld over had, ging ik gokken. Ik wist wel dat het niet Gods wil was dat ik zulke dingen deed – ik bad vaak tot de Heer en biechtte mijn zonden op, en dan beloofde ik Hem vast dat ik vanaf die dag die slechte gewoonten zou opgeven en nooit meer zou zondigen. Maar mijn vrienden haalden me over en verleidden me, en dan kon ik me niet beheersen. Dus op die manier werd ik steeds verdorvener, raakte mijn hart meer en meer van God verwijderd en was er geen oprechtheid meer in mijn gebeden. Elke week zei ik alleen een paar eenvoudige gebeden om het maar weer achter de rug te hebben. Soms voelde ik oprechte wanhoop omdat ik wist dat de Heer, als Hij zou terugkeren, over ieder mens zou oordelen op grond van zijn of haar handelingen en gedrag, en dan zou bepalen of die persoon omhoog naar de hemel of omlaag naar de hel zou gaan. Ik had het gevoel dat ik zo verdorven was dat God me nooit meer zou vergeven. Later trouwde ik en kreeg kinderen, en toen was ik alleen nog maar met mijn vrouw en kinderen bezig. Lange tijd daarvoor had ik mijn geloof naar achter in mijn gedachten geschoven. Om voor een betere toekomst voor mijn kinderen te zorgen en om mijn verlangen om rijk te worden te laten uitkomen, besloot ik in het buitenland te gaan werken, en zo kwam ik in Taiwan terecht. Nadat ik een baan had gevonden, veranderde ik nog steeds niets aan mijn manier van leven. In mijn vrije tijd ging ik met vrienden van mijn werk uit drinken en karaoke zingen en leefde ik een leven van plezier; ik had mijn geloof in God al lang naar achter in mijn gedachten geschoven.

In 2011 werkte ik als lasser in een fabriek in Taiwan. Op een dag in 2012 kwam een collega in Taiwan erachter dat ik katholiek was, dus nodigde ze me uit om mee naar de mis te gaan in haar kerk. Op een zondagochtend kwam ze me ophalen van de fabriek en nam ze me mee naar het huis van een vriendin van haar. Daar ontmoette ik broeder Joseph. Hij vroeg me: “Geloof jij in de wederkomst van de Heer Jezus, broeder?” Ik zei dat ik dat inderdaad geloofde. Daarna vroeg hij: “Weet je welk werk de Heer Jezus zal doen wanneer Hij terugkeert?” Ik antwoordde: “Ik geloof dat de Heer Jezus, wanneer Hij terugkeert, op een grote witte troon zal zitten en de mens zal oordelen. Iedereen zal geknield voor de rechterstoel verantwoording afleggen voor zijn zonden, en dan zal de Heer beslissen of zo iemand omhoog naar de hemel gaat of omlaag naar de hel, op grond van zijn of haar handelingen of gedrag.” Daarna vroeg broeder Joseph: “Als wij je zouden vertellen dat de Heer Jezus al is gekomen en op dit moment al Zijn werk van het oordeel van de laatste dagen verricht, en zo de profetie in vervulling doet gaan dat ‘het oordeel begint bij het huis van God’, zou je dat dan geloven?” Ik was heel verbaasd toen ik hem dat hoorde zeggen. Ik dacht: is de Heer Jezus al teruggekeerd? Hoe is dat mogelijk? Ik heb de grote witte troon niet in de lucht zien verschijnen en ik heb de Heer niet op een witte wolk zien neerdalen. En toch zegt hij dat de Heer is teruggekeerd om Zijn werk van het oordeel te verrichten en aldus de profetie te vervullen dat ‘het oordeel begint bij het huis van God’. Daar zit wel iets in. Gods wijsheid is niet te peilen voor de mens, dus ik kan maar beter blijven zoeken. Daarop antwoordde ik: “Ik zou het niet wagen om te zeggen dat de Heer Jezus wel of niet is teruggekeerd, dus communiceer alsjeblieft met mij.” Daarna zochten zij een aantal passages in de Bijbel op die betrekking hadden op de terugkeer van de Heer en op dat Hij Zijn werk van het oordeel deed, en die lazen zij me voor. Zo was er bijvoorbeeld hoofdstuk 4, vers 17 van de Eerste Brief van Petrus, waarin staat: “Want de tijd is gekomen dat het oordeel begint bij het huis van God.” En ook hoofdstuk 16, vers 12-13 in het Evangelie van Johannes: “Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar hij zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat.” Broeder Joseph zei dat deze “Geest van de waarheid” verwijst naar de terugkeer van de Heer en dat Hij de waarheid uitdrukt en Zijn werk van het oordeel verricht. God van de laatste dagen is in het vlees teruggekeerd als de Mensenzoon. Op grond van Zijn werk van de verlossing in het Tijdperk van Genade drukt Hij de waarheid uit en verricht Hij het stadium in Zijn werk van het oordeel beginnend met het huis van God. In werkelijkheid is dit werk van het oordeel het werk om de mens door en door te zuiveren en te redden. Daarmee worden juist de profetieën van de Heer Jezus vervuld: “En als iemand mijn woorden hoort en ze niet gelooft, zal ik niet over hem oordelen: Want ik kwam niet naar de aarde om te oordelen, maar om de wereld te redden. Hij die mij verwerpt en mijn woorden niet ontvangt, wordt geoordeeld: Het woord dat ik heb gesproken zal hetzelfde zijn dat hem op de laatste dag zal oordelen” (Johannes 12:47-48). “De Vader zelf velt over niemand een oordeel, maar hij heeft het oordeel geheel aan de Zoon toevertrouwd” (Johannes 5:22). “En omdat hij de Mensenzoon is, heeft hij hem ook gezag gegeven om het oordeel te vellen” (Johannes 5:27). Ik luisterde aandachtig naar wat de broeder vertelde en geloofde dat al die boodschappen die hij mij vertelde waar waren, want ik geloof dat alle profetieën van de Heer in vervulling moeten gaan, dat ze moeten uitkomen.

Later las broeder Joseph mij nog twee passages uit het woord van Almachtige God voor: “Het werk van oordeel is Gods eigen werk, dus moet het vanzelfsprekend door God Zelf gedaan worden; het kan niet in Zijn plaats door de mens gedaan worden. Omdat oordeel het overwinnen van het menselijk ras is door middel van de waarheid, staat het vast dat God nog steeds verschijnt als het vleesgeworden beeld om dit werk onder de mensheid te doen. Dat wil zeggen, in de laatste dagen zal Christus de waarheid gebruiken om de mensen overal op aarde te onderwijzen en alle waarheden aan hen bekend te maken. Dit is Gods werk van oordeel.” “In de laatste dagen gebruikt Christus een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, het wezen van de mens te ontmaskeren, en zijn woorden en daden te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met slechts een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid die de mens in het geheel niet bezit. Alleen dit soort methoden wordt beschouwd als oordeel; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig overtuigd worden om zich aan God te onderwerpen, en daarenboven ware kennis van God te vergaren. Wat het werk van oordeel teweegbrengt is het begrip van de mens van het ware gezicht van God en de waarheid over zijn eigen opstandigheid. Door het werk van oordeel vergaart de mens veel begrip over de wil van God, over het doel van Gods werk, en over de mysteriën die onbegrijpelijk voor hem zijn. Het laat de mens ook zijn verdorven essentie herkennen en kennen en de wortels van zijn verdorvenheid, alsmede de afstotelijkheid van de mens ontdekken. Deze resultaten worden allemaal verkregen door het werk van oordeel, want de essentie van dit werk is eigenlijk het werk van het openleggen van de waarheid, de weg en het leven van God voor al degenen die geloof in Hem hebben. Dit werk is het werk van oordeel gedaan door God” (‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).

Nadat broeder Joseph deze woorden had voorgelezen, communiceerde hij met mij over vele waarheden betreffende Gods werk van het oordeel van de laatste dagen. Ik begreep op den duur dat Gods werk heel praktisch is en helemaal niet bovennatuurlijk, dat Gods werk van het oordeel van de laatste dagen heel anders is dan ik me had voorgesteld. Ik had me voorgesteld dat God in de lucht een reusachtige tafel zou plaatsen, met God gezeten op een geweldige witte troon en de hele mensheid voor Hem geknield. Daarna zou God een voor een onze zonden opnoemen om te bepalen of we goed of slecht waren, en dan zou Hij beslissen of we omhoog naar de hemel of omlaag naar de hel zouden gaan. In plaats daarvan is God vlees geworden en naar de wereld gekomen om de waarheid op een praktische manier uit te drukken, om de zonden van de mens te oordelen en de waarheid van de verdorvenheid van de mens en zijn natuur en essentie te openbaren. Broeder Joseph ging verder met communiceren en vertelde ons dat onze satanische gezindheden, zoals onze arrogantie en zelfoverschatting, onze valsheid en onze doortraptheid, onze zelfzucht en verachtelijkheid allemaal Gods oordeel moeten ondergaan voordat wij kunnen worden gezuiverd. De uiteindelijke uitkomst van Gods werk van het oordeel is dat wij dan onze smerigheid en verdorvenheid, onze lelijkheid en slechtheid kunnen zien, en onze essentie kunnen zien die God tart en verraadt, dat wij dan kunnen weten dat wij zo diep verdorven zijn door Satan, dat wij vervuld zijn van satanische gezindheden, dat wij de belichaming van Satan zijn, en dat wij zouden moeten vergaan. Alleen op deze manier kunnen we onszelf gaan haten en vervloeken en voorgoed Satan verzaken. Bovendien is het zo dat wij binnen het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden Gods rechtvaardige, heilige en niet te beledigen gezindheid kunnen leren kennen. Dan kunnen we onbewust een Godvrezend hart ontwikkelen, het nooit meer wagen om God roekeloos ongehoorzaam te zijn en Hem te tarten, en kunnen we het vermogen krijgen om ons vlees te verzaken en de waarheid te beoefenen. Zodra onze levensgezindheid verandering heeft ondergaan, zullen we in staat zijn om God werkelijk te gehoorzaam en te aanbidden. En als wij diverse aspecten van de door God in de laatste dagen uitgedrukte waarheid hebben verworven, zullen wij door en door gezuiverd en gered zijn door God en zullen wij bevoegd zijn om door God in Zijn koninkrijk te worden binnengebracht. Degenen die weigeren Gods werk van het oordeel van de laatste dagen te aanvaarden, zijn niet in staat Gods zuivering te verwerven – uiteindelijk kunnen zij alleen worden geëlimineerd door Gods werk en zullen zij de kans hebben gemist om gered te worden en het koninkrijk van de hemel binnen te gaan. Toen ik hoorde wat broeder Joseph vertelde, voelde ik dat Gods werk om de mens te redden heel waar en praktisch is!

Ik dacht eraan hoe ik vele jaren in de Heer had geloofd en wel vaak mijn zonden aan de Heer had opgebiecht en berouw had getoond, maar dat ik daarna doorging met zondigen, liegen, bedriegen, vals en doortrapt zijn, en zelfs vaak mijn vreselijk zelfingenomen, arrogante en zelfgenoegzame satanische gezindheid liet zien. Ik leefde voortdurend in een cyclus van zondigen en biechten, biechten en zondigen – ik had heel veel pijn. God is nu gekomen om Zijn werk van het oordeel en zuivering van de laatste dagen te doen, en dat is heel erg nodig voor de verdorven mensheid. Degenen die in de Heer geloven en wier zonden zijn vergeven, moeten nog steeds worden gezuiverd door Gods werk van het oordeel in de laatste dagen. In de Bijbel staat: “Want zonder heiliging zal niemand de Heer zien” (Hebreeën 12:14). De Heer is heilig. Als alleen onze zonden worden vergeven, maar onze zondige natuur en satanische gezindheden worden niet gezuiverd, dan zijn we nog steeds elk moment in staat te zondigen en God te tarten, regelmatig te klagen en zelfs om God te verraden. Hoe kunnen we gekwalificeerd zijn om het gezicht van de Heer te aanschouwen, als we vervuld zijn van zoveel bezoedeling en verdorvenheid? Pas toen voelde ik in mijn hart hoe heel erg nodig Gods werk van het oordeel in de laatste dagen is! Het zou heel onrealistisch, heel onpraktisch zijn als de Heer kwam en iedereen mee omhoog de lucht in zou nemen om Hem te ontmoeten in overeenstemming met de ideeën en voorstellingen van mensen! Daarna communiceerde broeder Joseph met me over zijn ervaringen en getuigenis over hoe hij Gods oordeel en tuchtiging aanvaardde. Ik had echt het gevoel dat zijn communicatie de verlichting en de illuminatie bevatte van de Heilige Geest. Het was heel verheffend om ernaar te luisteren, en ik geloofde dat de Heer Jezus werkelijk was teruggekeerd. Daarom besloot ik Gods werk van de laatste dagen te zoeken en te onderzoeken zodat ik niet de kans zou mislopen om de komst van de Heer te verwelkomen.

Achteraf gaf broeder Joseph me een exemplaar van ‘Het Woord verschijnt in het vlees’ en ik was dolenthousiast. Toen ik die avond terugkwam in mijn slaapzaal, begon ik Gods woorden te lezen en ik las ze de hele nacht door. Ik las deze woorden van Almachtige God: “Jullie monden zijn gevuld met woorden van bedrog en vuiligheid, van verraad en arrogantie. Nooit hebben jullie woorden van oprechtheid tot mij gesproken, geen heilige woorden, geen woorden van onderwerping aan mij na het ervaren van mijn woord. Hoe ziet jullie geloof er uiteindelijk uit? Jullie harten zijn gevuld met verlangens en rijkdom, jullie gedachten met materiële dingen. Dagelijks berekenen jullie hoe jullie iets van mij kunnen krijgen, hoeveel rijkdom en hoeveel materiële dingen jullie van mij hebben gekregen. Dagelijks verwachten jullie steeds meer zegeningen voor jullie zelf, zodat jullie steeds meer en beter van de dingen waarvan genoten kan worden, kunnen genieten. Datgene waar jullie op elk moment aan denken, ben ik niet, noch is het de waarheid die van mij komt, maar eerder jullie man (vrouw), zonen, dochters, of wat jullie eten en dragen, en hoe jullie genot nog meer kan worden en nog beter. Zelfs als jullie je maag volproppen, zijn jullie dan niet weinig meer dan een lijk? Zelfs als jullie je uiterlijk prachtig versieren, zijn jullie dan niet nog steeds weinig meer dan een wandelend lijk dat geen leven heeft? Jullie zwoegen ter wille van jullie maag tot jullie haar grijs kleurt, maar geen van jullie offert één enkele haar voor mijn werk. Jullie zijn constant onderweg, jullie belasten je lichaam en pijnigen je hersens, ter wille van je vlees en je zonen en dochters, maar toch toont geen van jullie enige bezorgdheid of zorg voor mijn wil. Wat hopen jullie nog van me te krijgen?” (‘Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).

Wat deze woorden openbaarden was precies zoals de situatie in mijn leven was, en ze waren wat ik werkelijk in mijn hart voelde. De woorden waren net een tweesnijdend zwaard dat tot in mijn verdoofde hart sneed. Ik wist dat alleen God het binnenste van iemands hart kan onderzoeken en alleen God de waarheid kan onthullen over de verdorvenheid van de mensheid en wat er diep in de mens verborgen zit. Ik had het gevoel dat deze woorden uitingen waren van de Heilige Geest en dat ze Gods stem waren. Ik ging begrijpen dat ik wel vele jaren in de Heer had geloofd en dat ik wel vaak tegenover de Heer had gebiecht en berouw betoond, maar dat mijn zondige natuur en satanische gezindheid niet gezuiverd en totaal niet veranderd waren. Ik erkende alleen maar de naam van de Heer, maar er was geen plaats voor de Heer in mijn hart, en evenmin putte ik me uit of werkte ik voor de Heer. Ik werd voortdurend in beslag genomen door de vraag hoe ik meer geld kon verdienen, hoe ik mijn vleselijke pleziertjes kon verhogen en hoe ik kon zorgen dat mijn gezin in grotere welvaart kon leven, en ik hield me nooit bezig met wat God wilde. Ik wist zelfs dat ik vaak loog en zondigde, maar ik zat er niet mee. Ik had altijd geloofd dat God de eeuwig liefhebbende, eeuwig genadige God was en dat Hij, zelfs wanneer ik zondigde, mij mijn zonden zou kwijtschelden, me genadig zou zijn en me zou zegenen. Pas toen ik deze uitspraken van God in de laatste dagen had gelezen, zag ik Gods rechtvaardige en heilige gezindheid en wist ik dat Gods gezindheid iets is wat door niemand mag worden beledigd. Het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden riepen eerbied voor Hem in me op en ik betreurde mijn eigen verleden. Ik viel neer voor God en weende bittere tranen: “O God, ik heb tegen u gerebelleerd, ik heb u bedrogen en in veel zaken getart en ik ben onwaardig om voor u te verschijnen. Alles wat ik heb gedaan verdient alleen straf. O God, dank u omdat u mij de kans geeft om berouw te krijgen en gered te worden. Van nu af aan zal ik alles doen wat in mijn vermogen ligt om de waarheid te zoeken, mijn plicht goed te doen en uw liefde terug te betalen.” Nadat ik had gebeden, nam ik een ferm besluit: ik moet Gods oordeel aanvaarden en mijn leven van zondigen en biechten veranderen; ik moet Gods woorden vaker lezen en er meer over nadenken zodat ik meer van de waarheid ga begrijpen en de kracht heb om mijn vlees te verzaken, de waarheid te praktiseren en tegemoet te komen aan Gods wil.

Van toen af aan nam ik ‘Het Woord verschijnt in het vlees’ mee naar mijn werk zodat ik tijdens mijn pauzes Gods woorden kon lezen en erover nadenken. Dankzij de woorden van Almachtige God zag ik hoe verdorven en rebels mijn gedrag en gedachten waren. Later las ik deze woorden van God die luiden: “Je zou stap voor stap moeten bidden, in overeenstemming met je werkelijke toestand en dat wat door de Heilige Geest gedaan moet worden en je moet met God communiceren in overeenstemming met Gods wil en Zijn vereisten van de mens. Wanneer je begint te oefenen met je gebeden, geef je eerst je hart aan God. Probeer niet Gods wil te begrijpen; probeer alleen de woorden in je hart tot God uit te spreken. Wanneer je voor Gods aangezicht komt, spreek dan ‘O God! Vandaag pas realiseer ik me dat ik u ongehoorzaam ben geweest. Ik ben werkelijk corrupt en verachtelijk. Voorheen was ik m’n tijd aan het verdoen; vanaf vandaag zal ik voor u leven. Ik zal een betekenisvol leven leiden en uw wil bevredigen. Ik zou dat doen, opdat uw Geest altijd werkt in mij en mij altijd illuminatie en verlichting geeft, zodat ik een krachtige en klinkende getuigenis voor u kan uitdragen, waardoor Satan uw glorie kan aanschouwen, uw getuigenis en het bewijs van uw overwinning in ons.’ Wanneer je op deze manier bidt, zal je hart volkomen vrij gemaakt zijn en door op deze manier gebeden te hebben, zal je hart dichter bij God zijn […]” (‘Over de praktijk van het gebed’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Binnen Gods woorden vond ik een pad om te praktiseren om mijn verdorven gezindheid weg te nemen en ik begon met een oprecht hart ernstig tot God te bidden, en ik vertelde God over mijn verdorven gezindheid en vertelde God over wat ik in mijn hart hoopte te bereiken. Ik vroeg Hem mij te leiden opdat ik naar Zijn woorden zou leven. Door dit soort gebeden had ik vaak het gevoel dat God me leidde en verlichtte, en mijn hart raakte vervuld van geloof en kracht. Ik leefde niet meer op de manier van eerst en evenmin handelde ik nog in overeenstemming met die verdorven gedachten en ideeën die ik in mijn hart had. Mijn leven was veranderd; het was niet meer het verdorven leven dat ik had geleid, van zondigen en biechten, en in plaats daarvan leefde ik werkelijk voor het aanschijn van God en ik had de zorg en de bescherming van God verworven.

In juli 2014 keerde ik terug naar de Filippijnen en toen merkte ik pas dat God ook in de Filippijnen veel broeders en zusters had uitverkoren. Ik was heel blij. Nu communiceer ik Gods woorden met mijn broeders en zusters in de kerk, we leven een leven van de kerk, en we helpen en steunen elkaar. We zoeken allemaal de waarheid; we proberen onze gezindheden te veranderen en door God te worden gered. Wij getuigen ook van het werk van de laatste dagen van Almachtige God voor de mensen van ons eigen land en voor mensen van andere landen zodat zij weten dat de Heer Jezus al is teruggekeerd en dat zij net als wij Gods redding van de laatste dagen kunnen verwerven. Dank Almachtige God! Nu leef ik een heel verrijkt en gelukkig leven. Ik heb mezelf compleet ontdaan van het soort verdorven, decadente leven dat ik voordien leidde. Almachtige God heeft mij geholpen mijn levensdoel en richting te vinden. Ik voel dat dit de enige manier is om een leven van betekenis te leiden!

Sommige bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap.

uit ‘De Kerk van Almachtige God’

De geïncarneerde God is onder ons gekomen, Hij drukt persoonlijk Zijn woorden uit om ons te oordelen en te zuiveren, en Hij leidt ons om onze zonden af te werpen en volledig te worden gered – we hebben zoveel geluk!

Door Gangqiang, Verenigde Staten

Ik kwam in mijn eentje in 2007 naar Singapore om te proberen mijn brood te verdienen. Het is in Singapore het hele jaar door ontzettend warm, ik zweette dus elke dag op mijn werk wat af. Ik voelde me ongelofelijk ellendig en ik bevond me ook nog eens op een plek die ik volstrekt niet kende en waar ik geen familie of vrienden had – het leven was zo saai en vervelend. Op een dag in augustus ontving ik onderweg van werk naar huis een evangelisatiefolder waarin stond: “Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, heeft u geroepen om in Christus Jezus deel te krijgen aan zijn eeuwige luister. God zal u sterk en krachtig maken, zodat u staande zult blijven en niet meer zult wankelen” (1 Petrus 5:10). Ik voelde warmte in mijn hart bij het lezen van deze woorden. Wat later ging ik met een broeder naar de kerk. Daar gaf de enthousiaste ontvangst van de broeders en zusters, die naar mijn welbevinden informeerden, me het gevoel van warmte die een familie biedt en die ik lange tijd niet meer had gevoeld. M’n ogen vulden zich plotseling met tranen – ik had het gevoel alsof ik thuis was gekomen. Vanaf die dag was de zondagse kerkgang voor mij een must.

Ik werd die december gedoopt, waarmee ik officieel het pad van geloof betrad. Tijdens een van de kerkdiensten hoorde ik de voorganger Matteüs 18 vers 21 en 22 voorlezen: “Daarop kwam Petrus bij hem staan en vroeg: ‘Heer, als mijn broeder of zuster tegen mij zondigt, hoe vaak moet ik dan vergeving schenken? Tot zevenmaal toe?’ Jezus antwoordde: ‘Niet tot zevenmaal toe, zeg ik je, maar tot zeventig maal zeven.’” Toen ik dit hoorde, dacht ik bij mezelf: Hoe kan de vergiffenis en het geduld van de Heer Jezus zo groot zijn? Hij vergeeft mensen zeventig maal zeven keer. Als de mens dit echt zou doen, dan zou er geen strijd meer zijn, maar alleen maar liefde en warmte! Ik was heel ontroerd door de woorden van de Heer en ik besloot me volgens Zijn leer te gedragen.

Twee of drie jaar later maakte mijn baas me verantwoordelijk voor het beheer van een bouwterrein. Ik stopte dus al mijn energie in het werk en ging niet meer zo regelmatig naar bijeenkomsten. Later werd ik voorgesteld aan meneer Li, een financier die in bedrijven investeerde, en we richtten samen een bouwbedrijf op. Ik was erg gelukkig en was vastbesloten me er helemaal op te storten. Ik raakte vervolgens totaal gevangen in de maalstroom van het geld en ging helemaal niet meer naar de kerk om bijeenkomsten bij te wonen. Ik wilde dat de projecten goed werden uitgevoerd zodat anderen me zouden prijzen voor mijn competentie. Ik werd dus steeds veeleisender tegenover mijn werknemers. Ik berispte hen elke keer dat ik zag dat ze iets hadden gedaan dat niet goed was of niet aan mijn eisen voldeed. De teamleider werd vaak tot tranen gebracht door mijn uitbarstingen. Elke keer dat de werknemers me zagen sloeg de angst hen om het hart en ze gingen zich zelfs voor me verstoppen. Zelfs de relatie met mensen die ooit goede vrienden van me waren geweest bekoelde en ze wilden me niet langer in vertrouwen nemen. Het was heel pijnlijk dit te zien. De Heer Jezus leert ons anderen zeventig maal zeven keer te vergeven en onze naasten als onszelf lief te hebben. Ik had dit echter niet in het minst in praktijk gebracht, zelfs niet één keer. Hoe was dat een christen zijn? Ik wist dat ik zondigde en ik bad vaak tot God, waarbij ik biechtte en berouw toonde. Ik besloot te veranderen. Maar elke keer wanneer ik met iets werd geconfronteerd, zondigde ik ondanks mezelf toch weer. Ik raakte echt gefrustreerd.

In augustus 2015 schortten we onze bedrijfsvoering op omdat het bedrijf het niet goed deed, en ik keerde terug naar huis. Depressief en ellendig, zat ik de hele dag alleen maar te drinken en te gokken. Wanneer mijn vrouw tegen me zei dat ik moest stoppen met drinken, schreeuwde ik slechts tegen haar: “Het is mijn geld, ik heb het verdiend, en ik besteed het zoals ik dat wil ...” Ze kon verder niets doen, ze zat daar dus maar wat te huilen. Elke keer dat ik mijn woede de vrije loop gaf, voelde ik spijt en haatte ik mezelf, maar ik kon mezelf gewoon niet bedwingen. Tegen die tijd had ik alle christelijk fatsoen volledig verloren, mijn gedrag en optreden waren volledig hetzelfde als die van een ongelovige.

In mijn pijn en hulpeloosheid begon ik weer naar de bijeenkomsten in de kerk te gaan. Tijdens die periode bad ik constant tot de Heer Jezus: “Oh Heer! Ik heb zoveel dingen gedaan die ik niet wilde doen, ik heb zoveel dingen gezegd die anderen pijn deden. Ik heb in zonden geleefd en tegen u gerebelleerd. Elke keer dat ik zondig, heb ik spijt en haat ik mezelf echt, maar ik kan mezelf niet beheersen! Ik biecht mijn zonden ‘s nachts op, maar overdag val ik dan weer terug in mijn oude manieren en zondig ik opnieuw. Oh Heer! Ik smeek u mij te redden, wat kan ik doen om me te bevrijden van zonde?”

Op nieuwjaarsdag 2016 zette ik voet op Amerikaanse bodem – ik was naar New York gekomen om wat geld te verdienen. Ik bleef in mijn vrije tijd naar de kerk gaan en sloot me ook aan bij een gebedsgroep, waarbij ik met andere broeders en zusters de Bijbel las en we samen baden. Daar maakte ik kennis met een zuster genaamd Qinglian. Op een dag belde zuster Qinglian me op en zei dat er goed nieuws was dat ze met me wilde delen. Ik zei: “Wat is het goede nieuws?” Ze zei: “Er komt een missionaris op bezoek. Wil je naar haar komen luisteren?” Ik zei: “Fantastisch! Waar is het?” Ze regelde toen een tijd voor me waarop ik naar haar huis kon komen.

Ik ging op die dag naar zuster Qinglian’s huis. Er waren verschillende andere broeders en zusters en na ons te hebben voorgesteld begonnen we allemaal de Bijbel te bespreken. De communicatie van zuster Zhao was heel verlichtend en bouwde me echt op. Ik vertelde haar vervolgens over mijn constante zondigen en berouw tonen, en de pijn van het niet in staat te zijn van de zonde af te komen, en ik vroeg haar om hulp. In de communicatie zei ze dat we, zelfs nadat we tot geloof in de Heer zijn gekomen, nog steeds de hele tijd blijven zondigen, en dat het leven van een leven in de oneindige cirkel van het overdag zondigen en ‘s nachts biechten, waarbij het ons nooit lukt ons ervan te bevrijden, geen probleem was waar alleen ik last van had. Het was veeleer een probleem dat alle gelovigen deelden. Zuster Zhao liet ons toen een video bekijken waarin een aantal van Gods woorden werd voorgelezen. Dit waren de woorden: “Ik zeg dus dat het verstand van de mens en ook zijn geweten, hun oorspronkelijke functie zijn kwijtgeraakt. […] De gezindheid van de mens zou om te beginnen moeten veranderen met de kennis van zijn wezen en door veranderingen in zijn denken, natuur en mentale kijk – door fundamentele veranderingen. Alleen zo komen echte veranderingen tot stand in de gezindheid van de mens. De verdorven gezindheid van de mens is het gevolg van het feit dat Satan hem vergiftigt en vertrapt, en de verschrikkelijke schade die Satan heeft aangebracht in zijn denken, moraliteit, inzicht en verstand. Juist omdat deze fundamentele dingen van de mens door Satan zijn verdorven, en volslagen anders zijn dan hoe God ze oorspronkelijk heeft gemaakt, keert de mens zich tegen God en begrijpt hij de waarheid niet. Veranderingen in de gezindheid van de mens dienen dus te beginnen met veranderingen in zijn denken, inzicht en verstand, waardoor zijn kennis van God en zijn kennis van de waarheid veranderen” (‘Een onveranderde gezindheid betekent vijandschap jegens God’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).

Ik was echt ontroerd en dacht: Gaan deze woorden niet over mij? Ik kijk altijd neer op anderen, scheld ze uit voor dit en schreeuw tegen ze voor dat. Het ontbreekt me aan moraliteit en verstand, en ik heb het laatste restant aan heilig decorum verloren. Deze woorden drongen alle door tot de kern van mijn wezen. Ik had zoiets nog nooit eerder gelezen, noch had ik ooit enige voorganger zo’n soort preek horen houden. Ik was verdrietig geweest om mijn constante zondigen, maar ik had me nog niet kunnen bevrijden van de boeien van de zonde. Deze woorden toonden me het pad om de zonde achter me te laten en ik verwonderde me: Dit is zo goed geformuleerd. Wie kan deze woorden hebben geschreven?

Zuster Zhao vertelde me dat dit het woord van God was, dat de Heer Jezus reeds was wedergekeerd in het vlees, en dat Hij momenteel het werk van het oordelen en reinigen van de mensen uitvoert door middel van Zijn woord in de laatste dagen. Ik durfde gewoon mijn eigen oren niet te geloven. Welke gelovige verlangt er niet naar Zijn wederkomst? Toen ik zo onverwacht dit nieuws over de wederkomst van de Heer hoorde, was ik zo opgewonden dat ik het even helemaal niet meer wist: was de Heer echt wedergekeerd? Ik vroeg haar gretig door te gaan met haar communicatie. Zuster Zhao sprak: “De Heer Jezus is waarlijk wedergekeerd, en Hij is Almachtige God – de geïncarneerde Christus in de laatste dagen. Hij heeft alle waarheden uitgedrukt om de mensheid te zuiveren en te redden, en is begonnen met het oordeelswerk beginnende bij het huis van God. Hij zal ons grondig redden van het domein van Satan, wij die zijn gebonden door onze satanische natuur en leven in zonde waarvan we onszelf niet kunnen bevrijden. Uiteindelijk zullen we volledige redding bereiken en worden verworven door God. In het Tijdperk van Genade voerde de Heer Jezus alleen het werk van verlossing uit. Hij verloste ons van de zonde en sprak ons vrij van onze zonden zodat we niet langer onder de wet zouden worden veroordeeld. Hoewel de Heer ons van onze zonde heeft vrijgesproken, heeft Hij ons onze satanische natuur en onze satanische gezindheden niet vergeven. Arrogantie, sluwheid, egoïsme, hebzucht, kwaadaardigheid en andere verdorven gezindheden zijn nog steeds in de mens aanwezig. Dit zijn dingen die dieper gaan en hardnekkiger zijn dan zonde. Het is precies vanwege het feit dat deze satanische gezindheden en satanische natuur niet zijn opgelost, dat we ondanks onszelf doorgaan met zondigen, en dat we zelfs zonden begaan die ernstiger zijn dan het schenden van de wet. Wat betreft de farizeeën uit die tijd, was de reden dat ze de Heer weerstonden en veroordeelden, wat zelfs zover ging dat ze Hem uiteindelijk kruisigden, niet dat de zondige natuur van de mens niet was opgelost? Omdat we zelf worden beheerst door deze zondige gezindheden, hebben we hier allemaal in feite een diep begrip van. Daarom vertellen we vaak leugens, handelen bedrieglijk, zijn arrogant en verwaand, en berispen anderen op neerbuigende wijze. We weten heel goed dat de Heer van ons eist dat we anderen moeten vergeven en onze naasten als onszelf moeten liefhebben, en toch brengen we dit niet in de praktijk. Mensen spannen tegen elkaar samen, vechten om roem en rijkdom, en zijn niet in staat harmonieus met elkaar om te gaan. Tijdens periodes van ziekte, natuurrampen of door de mens veroorzaakte rampen geven we nog steeds God de schuld, we ontkennen God zelfs en verraden Hem. Deze feiten tonen aan dat, als we onze satanische natuur en satanische gezindheden niet oplossen, we nooit in staat zullen zijn te ontsnappen aan de vicieuze levenscirkel van zondigen en biechten, van biechten en zondigen. Daarom moet God, om de mens grondig van de zonde te verlossen, een fase van Zijn werk, het oordelen en reinigen, uit te voeren om zo onze zondige natuur op te lossen. Dit is de enige manier waarop we door God kunnen worden gezuiverd en volledig worden gered, en door Hem worden verworven. Laten we nog een paar delen uit de woorden van Almachtige God lezen, dan zul je het wel begrijpen.”

Zuster Zhao opende het boek van het woord van God en begon te lezen: “Ondanks alles waarvan de mens wellicht verlost is en waarvan zijn zonden hem vergeven zijn, kan dit alleen worden opgevat in de zin dat God Zich de overtredingen van de mens niet herinnert en hem niet overeenkomstig behandelt. Wanneer de mens, die leeft in een lichaam van vlees, echter niet van zonde is vrijgemaakt, kan hij alleen maar blijven zondigen en eindeloos zijn verdorven satanische gezindheid blijven openbaren. Dit is het leven dat de mens leidt: een eindeloze cyclus van zondigen en vergeven worden. De meeste mensen zondigen overdag en belijden dit ’s avonds weer. Zelfs als het zondoffer voor de mens voor altijd van kracht blijft, zal het de mens op deze manier niet redden van de zonde. Slechts de helft van het reddingswerk is afgerond, want de gezindheid van de mens is nog steeds verdorven” (‘Het mysterie van de vleeswording (4)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “Jezus deed veel werk onder de mens, maar voltooide alleen de verlossing van alle mensen en werd het zondoffer van de mens. Hij ontdeed de mens niet van heel zijn verdorven gezindheid. Om de mens volledig van de invloed van Satan te redden, was het niet alleen vereist dat Jezus de zonden van de mensheid als zondoffer op Zich nam, maar ook dat God nog belangrijker werk uitvoerde om de mens volledig te ontdoen van zijn gezindheid die door Satan was verdorven” (‘Voorwoord’ tot ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “De zonden van de mens werden vergeven en dit is het gevolg van het werk van Gods kruisiging, maar de mens bleef leven in de verdorven satanische gezindheid van weleer. Dit is de reden dat de mens volledig moet worden gered van zijn verdorven satanische gezindheid, zodat zijn zondige natuur volledig kan worden weggevaagd en niet meer zal opkomen, waardoor de gezindheid van de mens kan worden getransformeerd. Hiertoe moet de mens het pad naar groei in het leven, de weg van leven en de weg naar verandering van gezindheid begrijpen. Bovendien moet de mens handelen in overeenstemming met dit pad, zodat zijn gezindheid geleidelijk kan veranderen en hij kan leven in het schijnende licht, zodat al wat hij doet in overeenstemming is met de wil van God, zodat hij zijn verdorven satanische gezindheid kan uitbannen en hij kan losbreken van Satans duistere invloed en volledig van de zonde zal loskomen. Alleen dan zal de mens volledige redding ontvangen” (‘Het mysterie van de vleeswording (4)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Zuster Zhao sprak in communicatie: “Nu we deze woorden van God hebben gelezen, begrijpen we waarom we altijd gebonden zijn door onze satanische natuur en niet in staat zijn ons te ontdoen van zonde, nietwaar? Tijdens het Tijdperk van Genade voerde God alleen het werk van verlossing uit, niet het werk van het oordelen, reinigen en grondig redden van de mens, het werk van de eindtijd. Hoe we ook onze zonden opbiechten en berouw tonen, hoe we ook proberen onszelf te overwinnen, hoe we ook vasten en bidden, we zullen niet in staat zijn vrijheid van zonde te bereiken. Dat betekent dat, als we ons willen bevrijden van de boeien en controle van onze zondige natuur, het niet genoeg is om alleen maar het verlossingswerk van de Heer Jezus te ondergaan. We moeten het oordeelswerk dat door de wedergekeerde Heer Jezus wordt verricht aanvaarden. Dit is zo omdat God met Zijn oordeelswerk van de laatste dagen vele aspecten van de waarheid uitdrukt om de satanische natuur van de mens, zijn verzet tegen en bedriegen van God, te oordelen en bloot te leggen. Hij openbaart Gods rechtvaardige, heilig, onschendbare gezindheid, waarmee Hij de mensheid door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden duidelijk de waarheid van haar eigen diepgaande verdorvenheid door Satan laat zien en de mens Gods rechtvaardige gezindheid, die geen overtreding van de mens aanvaard laat kennen, zodat de mens een godvrezend hart kan ontwikkelen en Hij zo de satanische gezindheid van de mens transformeert en zuivert en hem redt van Satans invloed. In Gods majesteitelijke, toornige oordeel en tuchtiging zien we God als het ware van aangezicht tot aangezicht – we zien het grote licht uit de hemel komen. Gods woord doorboort onze harten als een tweesnijdend zwaard, het openbaart onze satanische natuur van verzet tegen en verraad van God, en dringt zelfs door tot onze verdorven gezindheden in de diepste diepten van onze harten, gezindheden die we zelf onmogelijk kunnen ontdekken. Het laat ons inzien dat de essentie van onze natuur is gevuld met zulke satanische gezindheden als arrogantie, verwaandheid, egoïsme, laagheid, ontwijkend gedrag en sluwheid, dat we eenvoudigweg zonder ook maar een greintje menselijke gelijkenis zijn en volledig de belichaming van Satan. Het is alleen dan dat we ons voor God neerwerpen en onszelf beginnen te haten en te vervloeken. Tegelijkertijd voelen we ook diep dat het geheel van Gods woord de waarheid is, dat het geheel de openbaring van Gods gezindheid is alsook wat het leven van God is. We zien dat Gods rechtvaardige gezindheid geen overtreding tolereert en dat Gods heilige essentie niet zal worden bezoedeld. Het resultaat is het ontwikkelen van een hart vol verering voor God. We beginnen uit alle macht de waarheid te zoeken en ons te gedragen volgens het woord van God. Wanneer we gaandeweg de waarheid gaan begrijpen, zullen we onze eigen satanische natuur en gezindheid steeds beter gaan begrijpen en meer en meer onderscheidingsvermogen verwerven. Onze kennis van God zal ook toenemen. Onze interne verdorven gezindheden zullen langzaam worden gereinigd en we zullen worden bevrijd van de boeien van de zonde. We zullen werkelijk bevrijd worden en vrij voor God leven. Dit is precies het resultaat dat door het oordeelswerk van God in de laatste dagen bij de mensheid wordt bereikt. Je kunt dus zien dat het werk van ‘verlossing’ in het Tijdperk van Genade en het werk van het ‘de mens verlossen van de zonde’ in de laatste dagen twee verschillende werkfasen zijn. ‘Verlossing’ was slechts dat de Heer Jezus de zonden van de mens op Zich nam en de mens liet ontkomen aan de straf die ze voor hun zonden zouden hebben moeten ondergaan. Dat betekende echter niet dat mensen zonder zonden waren, laat staan dat ze nooit meer zouden zondigen of dat ze volledig waren gezuiverd. ‘De mens verlossen van de zonde’ betekent daarentegen het volledig blootleggen van de zondige natuur van de mensheid opdat we kunnen leven zonder nog langer uit te hoeven gaan van onze zondige natuur en we een verandering in onze levensgezindheid kunnen bereiken en volledig worden gezuiverd. Daarom is het zo dat alleen door het oordeelswerk van God in de laatste dagen te aanvaarden onze verdorven gezindheden grondig kunnen worden opgelost, we los kunnen komen van Satans invloed en kunnen worden gered, in het koninkrijk van God kunnen worden geleid en Gods beloften en zegeningen kunnen ontvangen.”

Toen ik het woord van God en de communicatie van de zuster hoorde, voelde ik dat ze volkomen overeenkwamen met de werkelijkheid en heel praktisch waren. Ik dacht terug aan de vele jaren als man van geloof: ik loog en bedroog niet alleen vaak, ik was ook arrogant, ongeremd, onbeleefd, onredelijk en eigenzinnig geweest. Mensen die voor me werkten waren bang voor me en bleven op afstand. Dit gold zelfs voor mijn eigen huis, waar ook mijn vrouw en dochter een beetje bang voor me waren. Niemand wilde zich voor me openstellen en ik kon zelfs geen goede vriend vinden om in vertrouwen te nemen. Het was pijnlijk en ik voelde me hulpeloos. Hoewel ik vaak de Bijbel las en bad, mijn zonden voor de Heer opbiechtte en zelfs mezelf verachtte, bleef ik toch dezelfde verschrikkelijk dingen doen. Ik kon mezelf in het geheel niet veranderen. Iemand zoals ik, die constant zondigt en zich tegen God verzet, heeft het oordeelswerk van God in de laatste dagen hard nodig! De Heer Jezus is nu wedergekeerd – Hij is de geïncarneerde Almachtige God. Ik heb echt extreem veel geluk dat ik nu de kans heb de stem van God te horen en te ontdekken dat de Heer Jezus is wedergekomen om de waarheid te brengen en het werk van het oordelen, reinigen en redden van de mens te ondernemen! Die zuster zag dat ik vervuld was van verlangen en gaf me dus een exemplaar van een boek van Gods woord: Gods schapen horen de stem van God. Ik nam het blij in ontvangst en besloot mijn geloof in Almachtige God werkelijk te beoefenen!


Ik las veel van Gods woorden nadat ik Almachtige Gods werk van de laatste dagen had aanvaard. Ik las over de drie fasen van Gods werk, het mysterie van de incarnatie, de betekenis van Gods naam en de waarheid achter de Heilige Schrift, alsook over hoe de overwinnaars worden gevormd, hoe het koninkrijk van Christus wordt gerealiseerd, hoe het uiteindelijke einde en de uiteindelijke bestemming van elk type mens wordt bestemd, en andere aspecten van de waarheid, waarbij ik gaandeweg enig begrip over ze verwierf. Ik verwierf ook meer geloof in God.

In het begin voelde ik me van streek en slecht op me gemak wanneer ik Gods woorden las die de mens zo streng oordelen en ontmaskeren en had ik er zo mijn eigen mening over. Ik vond dat Gods woorden te streng waren. Kon Hij niet een beetje zachtaardiger zijn? Als God de mens op deze manier oordeelt, is de mens dan niet al veroordeeld? Hoe kan hij dan werkelijk gered worden? Later las ik in het woord van God: “In de laatste dagen gebruikt Christus een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, het wezen van de mens te ontmaskeren, en zijn woorden en daden te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met slechts een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid die de mens in het geheel niet bezit. Alleen dit soort methoden wordt beschouwd als oordeel; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig overtuigd worden om zich aan God te onderwerpen, en daarenboven ware kennis van God te vergaren” (‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “Waardoor is Gods vervolmaking van de mens bereikt? Door Zijn rechtvaardige gezindheid. Gods gezindheid bestaat in de eerste plaats uit rechtvaardigheid, toorn, majesteit, oordeel en vloek en Zijn vervolmaking van de mens komt voornamelijk door oordeel. Sommige mensen begrijpen het niet en vragen waarom het is dat God alleen in staat is om de mens volmaakt te maken door oordeel en vloek. Ze zeggen: ‘Als God er was om de mens te vervloeken, zou de mens dan niet sterven? Als God de mens zou oordelen, zou de mens dan niet veroordeeld worden? Hoe kan hij dan nog steeds volmaakt worden gemaakt?’ Dat zijn de woorden van mensen die het werk van God niet kennen. Wat God vervloekt is de ongehoorzaamheid van de mens en wat Hij oordeelt zijn de zonden van de mens. Hoewel Hij hard en zonder enige gevoeligheid spreekt, openbaart Hij alles wat zich in de mens bevindt en door deze strenge woorden openbaart Hij dat wat wezenlijk is in de mens, maar door een dergelijk oordeel geeft Hij de mens een diepgaande kennis van het wezenlijke van het vlees en aldus onderwerpt de mens zich aan gehoorzaamheid aan God. Het vlees van de mens is zondig en van Satan, het is ongehoorzaam en het onderwerp van Gods tuchtiging en dus, om de mens zichzelf te laten kennen, moeten de woorden van Gods oordeel hem overkomen en moet er elke vorm van loutering worden toegepast; alleen dan kan Gods werk effectief zijn” (‘Alleen door pijnlijke beproevingen te ervaren, kun je de liefelijkheid van God kennen’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Op basis van Gods woorden realiseerde ik me dat God Zijn werk van oordeel in de laatste dagen uitvoert door het uitdrukken van de waarheid, en dat Hij de verdorven gezindheden, satanische natuur en slechte daden die God weerstaan streng oordeelt, openbaart en veroordeelt. Hij doet dit opdat we duidelijk de waarheid van onze eigen verdorvenheid zien, grondig de essentie van onze verdorven gezindheden begrijpen, en onze eigen satanische natuur en de bron van onze verdorvenheid kennen. Dit is de enige manier waarop we onszelf kunnen verachten en het vlees kunnen verzaken. Daarnaast is het alleen maar omdat God Zijn rechtvaardige, majesteitelijk en toornige gezindheid toont door Zijn oordeel en tuchtiging, dat we Zijn rechtvaardigheid en heiligheid kunnen zien, en dat we duidelijk onze eigen vuilheid, lelijkheid en slechtheid kunnen zien. God doet dit ook opdat we onze eigen satanische natuur en de waarheid van onze verdorvenheid zullen kennen. Als God de mens niet zo streng zou oordelen, als God de verdorvenheid van de mens niet zou blootleggen door tot de kern van de zaak door te dringen, en als Hij Zijn rechtvaardige en majesteitelijke gezindheid niet zou openbaren, dan zouden wij mensen, wij die zo diepgaand door Satan zijn verdorven, niet in staat zijn over onszelf na te denken en onszelf te leren kennen. We zouden niet in staat zijn de waarheid te kennen over onze eigen verdorvenheid of onze eigen satanische natuur. Als dat het geval zou zijn, hoe zouden we onszelf dan kunnen bevrijden van onze zondige natuur en kunnen worden gezuiverd? Uit de resultaten die worden bereikt met Gods strenge woorden kunnen we opmaken dat in deze woorden Gods ware liefde voor de mens en de nauwgezette inspanningen die Hij verricht om de mens te redden schuilgaan. Hoe meer ik Gods woorden lees, hoe meer ik voel hoe geweldig Gods oordeelswerk is. Gods werk is zo praktisch! Alleen Gods strenge oordeel kan de mens zuiveren, transformeren en redden. Het oordeelswerk van God in de laatste dagen is werkelijk wat we nodig hebben!

Vanwege mijn arrogante en extreem zelfvoldane natuur las ik anderen vaak op neerbuigende wijze de les wanneer ik met hen sprak en had ik bij mijn optreden lak aan alles en iedereen. Ik hield er altijd van als anderen naar me luisterden en was geneigd op te scheppen. Tijdens bijeenkomsten communiceerde ik vaak hoe ik problemen in mijn werkeenheid had opgelost, hoe ik personeel dat mijn instructies niet had opgevolgd de les had gelezen en hen naar mij had laten luisteren, alsook hoe mijn vrouw en dochter deden wat ik ze vertelde te doen. Vooral wanneer ik over Gods woorden communiceerde, zei ik dingen zoals: “ik geloof dat deze passage van Gods woorden dit betekent” en “dit is wat ik denk”. Een broeder zag dat ik altijd een arrogante en zelfvoldane gezindheid openbaarde, zonder dat ik daar zelf erg in had. Hij wees me daar tijdens een bijeenkomst op en zei dat dat het op deze manier spreken en handelen een uitdrukking van arrogantie, zelfingenomenheid en onredelijkheid was. Als iemand me dat in het verleden zou hebben verteld, en dat ook nog eens ten overstaan van zoveel mensen, zou ik zeker mijn zaak hebben verdedigd en de aantijgingen hebben weerlegd. Op dat moment besloot ik echter mijn mond te houden, geen discussie aan te gaan of mezelf te rechtvaardigen, omdat me de volgende woorden uit ‘Preken en communicatie over het intreden in het leven’ te binnen schoten: “Wanneer je altijd ‘ik denk’ zegt bij elk onderwerp dat je tegenkomt, nou, dan is het beter dat je je eigen opinies laat varen. Ik roep je op je eigen opinies los te laten en de waarheid te zoeken. Bekijk wat de woorden van God zeggen. Jouw ‘opinie’ is niet de waarheid! [...] Je bent te arrogant en te zelfingenomen! Zelfs in het licht van de waarheid kun je je eigen opvattingen en illusies nog niet laten varen en ze ontkennen. Je wilt God niet in het minst gehoorzamen! Wie van degenen die de waarheid werkelijk zoeken en waarlijk een hart hebben dat God vereert zegt nog steeds ‘ik denk’? Deze spreekwijze is reeds geëlimineerd. Dit is de openbaring van de satanische gezindheid.” Deze communicatie herinnerde me eraan dat ik, elke keer dat ik een kwestie tegenkwam, over het algemeen de woorden ‘ik denk’, ‘ik hou vol dat’, en ‘ik geloof’ op mijn lippen had, dat ik altijd begon met het woord ‘ik’, en altijd het laatste woord had over alles. Ik geloofde dat ik dingen zelf kon doorzien en problemen kon aanpakken. Ik liet anderen altijd doen wat ik zei en liet hen me gehoorzamen. Openbaarde ik doordat ik altijd zo’n hoge dunk van mezelf had niet juist een arrogante gezindheid? Wat die broeder tegen me zei toen hij me op mijn gezindheid wees, was helemaal waar, en ik zou het moeten aanvaarden. De dingen die ik geloofde sproten voort uit mijn opvattingen en voorstellingen, ze waren afkomstig van Satan en ze waren zeker niet de waarheid. Ik dacht erover na hoe ik, of ik nu thuis, op het werk of onder mijn collega’s was, me altijd had gedragen alsof ik nummer één was. Als er iemand was die niet naar me luisterde, of iets deed dat niet overeenstemde met mijn opvattingen, werd ik kwaad en las hem of haar de les. Het feit dat ik zulke dingen kon openbaren betekende dat er geen plaats voor God in mijn hart was, dat ik God niet als groot eerde, maar liever mezelf als groot eerde. Dat was de manier waarop ik over het algemeen sprak en me gedroeg, wat bewees wat een ongelooflijk arrogante gezindheid ik heb!

Later las ik deze woorden van God: “Als je echt de waarheid in je hebt, dan is het pad dat je begaat vanzelf het correcte pad. Zonder de waarheid is het makkelijk kwaad te doen, en doe je dat in weerwil van jezelf. Als je bijvoorbeeld arrogantie en verwaandheid in je had, zou je het onmogelijk vinden om God niet te trotseren. Je zou je gedwongen voelen om Hem te trotseren. Je zou het niet expres doen, je zou het doen omdat je arrogante en verwaande natuur over je heerst. Door je arrogantie en verwaandheid zul je op God neerkijken en Hem als onbelangrijk beschouwen, daardoor zou je jezelf verheffen, daardoor zou je jezelf voortdurend op de voorgrond plaatsen, en daardoor zou je ten slotte op Gods plaats gaan zitten en getuigenis afleggen voor jezelf. Uiteindelijk zou je je eigen ideeën, gedachten en opvattingen maken tot waarheden die moeten worden aanbeden. Zie toch hoeveel kwaad wordt gedaan door mensen die in de greep zijn van hun arrogante en verwaande natuur! Om hun kwade daden op te lossen, moeten ze eerst het probleem van hun natuur oplossen. Zonder verandering in hun gezindheid zou het niet mogelijk zijn dit probleem tot een fundamentele oplossing te brengen” (‘Alleen door de waarheid na te streven kun je veranderingen in je gezindheid realiseren’ in ‘Verslagen van de gesprekken van Christus’). Elk woord dat door God is gesproken is de waarheid – ik was volkomen overtuigd. Ik dacht eraan hoe ik de gewoonte had anderen neerbuigend de les te lezen, op bouwplaatsen, onder mijn collega’s en wanneer ik thuis was. Dit alles kwam omdat ik door mijn satanische, arrogante natuur werd gedomineerd. Het werd niet veroorzaakt omdat ik een boos mens ben, omdat ik een slecht humeur heb, of omdat het me aan zelfbeheersing ontbreekt. Ik geloofde van mezelf dat ik kaliber en talent had en goed kon verdienen, ik dacht dus dat ik beter was dan anderen. Ik keek neer op alle anderen, ik dacht dat ik beter was dan iedereen en speelde altijd de baas over andere mensen. Deze dingen voedden mijn arrogantie en vormden de essentie van mijn leven. Ik had de bron van mijn zonde gevonden en had de hachelijke gevolgen van het niet oplossen van mijn satanische en verdorven gezindheid gezien. Ik deed dus mijn best om heel veel woorden van God op te zoeken en te lezen die de arrogante natuur van de mens oordeelden en blootlegden, en dacht erover na hoe ik er in vergelijking afkwam. Door middel van Gods woorden van oordeel en openbaring, alsook door de communicatie van broeders en zusters tijdens bijeenkomsten, begon ik een oppervlakkig begrip te verwerven van mijn eigen arrogante natuur. Ik zag dat ik in feite niet beter was dan wie dan ook en dat mijn vaardigheden en rijkdom mij door God waren geschonken, het was dus niets om over op te scheppen. Als God me geen wijsheid en intelligentie had geschonken, als God me niet had gezegend, wat zou ik dan, alleen op mezelf vertrouwend, hebben kunnen doen? Er zijn zoveel getalenteerde mensen op de wereld. Waarom werken ze zo hard en jagen ze van hot naar her in hun leven, om aan het einde met lege handen achter te blijven? Ik vond in Gods woorden ook het pad om mijn arrogante natuur op te lossen. Dit pad hield in aanvaarden te worden gesnoeid en behandeld te worden door mijn broeders en zusters, meer oordeel, tuchtiging, beproevingen en loutering van God te accepteren, na te denken over mezelf in het licht van Gods woorden, ware zelfkennis en zelfhaat te bereiken en niet langer volgens mijn satanische gezindheid te handelen, maar overeenkomstig Gods woorden. Ik ervoer later vele gevallen waarin ik werd geoordeeld en getuchtigd, gesnoeid en behandeld, en ik ondervond ook vele terugslagen en mislukkingen. Mijn kennis van mijn satanische natuur en verdorven essentie verdiepte zich geleidelijk en ik verwierf ook een oppervlakkig begrip van Gods grootheid, rechtvaardigheid en heiligheid. Hoe beter ik Gods rechtvaardigheid en heiligheid leerde kennen, hoe meer ik mijn eigen smerigheid, laagheid, onbelangrijkheid en erbarmelijkheid zag. De dingen die ik eerder belangrijk had gevonden en waarover ik had opgeschept, waren voor mijn gevoel zelfs niet meer de moeite van het vermelden waard. Voordat ik er erg in had, begon mijn arrogante gezindheid te veranderen. Wanneer iemand iets zei dat juist was – broeders en zusters, mijn collega’s of mijn familie – aanvaardde ik het. Ik sprak niet langer op neerbuigende toon met anderen, maar trad met nederigheid op en ik had niet langer lak aan alles en iedereen. Wanneer er een probleem opkam, besprak ik het met anderen en handelde overeenkomstig de suggestie die juist was, van wie deze ook afkomstig was. Langzamerhand begonnen mijn relaties met degenen om mij heen normaal te worden. Ik had vrede en vreugde in mijn hart en ik voelde dat ik eindelijk een beetje menselijke gelijkenis aan het uitleven was.

Door constant Gods woord te lezen en het leven van de kerk te leven, voelde ik meer en meer hoe waarlijk geweldig het was dat ik in staat was het oordeelswerk van God in de laatste dagen te aanvaarden. Ik ervoer echt dat er geen manier was waarop ik zelf mijn verdorven gezindheid kon oplossen. Alleen door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden ben ik gaandeweg veranderd en gereinigd. In De Kerk van Almachtige God zie ik vele broeders en zusters hard werken om de waarheid te zoeken en het oordeel en de tuchtiging van de woorden van Almachtige God aanvaarden. Elke keer dat iemand verdorvenheid openbaart, wijzen anderen daarop en iedereen helpt elkaar. We denken allemaal over onszelf na en kennen onszelf in het licht van Gods woorden, en we zoeken de waarheid om onze verdorvenheid op te lossen. Iedereen oefent zich erin een eerlijk mens en zuiver en open te zijn. We aanvaarden en onderwerpen ons aan elke communicatie die overeenkomstig de waarheid is en onze verdorven gezindheden veranderen meer en meer. De woorden van Almachtige God kunnen inderdaad mensen zuiveren en veranderen. De geïncarneerde God is onder ons gekomen, Hij drukt persoonlijk Zijn woorden uit om ons te oordelen en te zuiveren, en Hij leidt ons om onze zonden af te werpen en volledig te worden gered – we hebben zoveel geluk! Toen ik dacht aan al die ware gelovigen die ongeduldig wachten op Zijn komst, die ernaar verlangen de boeien van de zonde af te werpen en te worden gereinigd, die echter in pijn leven, zonder een pad dat ze kunnen volgen, bad ik tot God en nam ik een besluit: “Ik wil uw koninkrijk evangelie prediken aan andere mensen zodat ze zoals ik kunnen worden, uw voetstappen volgend en het pad betredend naar zuivering en volledige redding!”

Almachtige God zegt: “Hoe kunnen zulke ontaarde mensen door Jezus worden beloond? De terugkeer van Jezus betekent een geweldige redding voor hen die de waarheid kunnen aanvaarden, maar voor hen die dat niet kunnen is het een teken van veroordeling. ”

Vraag 1: Is Bliksem uit het oosten de manifestatie en het werk van de Heer? Dat is onmogelijk! “Direct na de beproeving in die dagen zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar licht niet meer geven, en de sterren zullen van de hemel vallen en de machten van de hemelen zullen aan het wankelen gebracht worden: En dan zal er een teken verschijnen van de Mensenzoon in de hemel: en dan zullen alle volken van de aarde treuren, en zullen ze de Mensenzoon zien komen op de wolken van de hemel met macht en grote glorie” (Mat. 24:29-30). Als de Heer echt was wedergekeerd, zou Hij wel in volle glorie zijn afgedaald op een wolk. Dan zouden de hemel en de aarde hebben geschud en de zon en maan niet langer hebben geschenen. We hebben die dingen niet gezien, dus hoe kunnen ze dan zeggen dat de Heer al is wedergekeerd? Hoe zit dat nou precies?

Antwoorden: En toen besefte ik pas dat we door te wachten op de wederkomst van de Heer allemaal dezelfde fout hebben begaan. We gaan alleen maar uit van de profetieën over de afdaling van de Heer op een wolk, maar vergeten daarbij andere profetieën over de wederkomst van de Heer. Dat is een grote fout! Er staan vele profetieën over de wederkomst van de Heer in de Bijbel. Bijvoorbeeld de profetieën van de Heer zelf: “Ik kom onverwacht als een dief!” (Openb. 16:15). “En rond middernacht werd er geroepen: ‘Kijk, de bruidegom komt; ga uit om hem te ontmoeten’” (Mat. 25:6). “Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal ik binnenkomen, en we zullen samen eten, ik met hem en hij met mij” (Openb. 3:20). “Want zoals de bliksem licht geeft wanneer hij van de ene naar de andere kant van de hemel flitst, zo zal de Mensenzoon verschijnen. Maar eerst moet hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden” (Luc. 17:24-25). In die profetieën staat dat de Heer wederkeert “als een dief”, de komst van de Mensenzoon; en er staat dat Hij tot mensen spreekt terwijl hij op de deur klopt enzovoort. Betekent dat niet dat de Heer niet alleen wederkeert door in het openbaar op een wolk af te dalen, maar dat Hij ook op geheime manieren zal afdalen? Als we geloven dat de Heer alleen op een wolk afdaalt, hoe kunnen de profetieën waarin Hij in het geheim komt dan uitkomen? Denk daar eens over na. Als de Heer afdaalt op een wolk, zullen er een aantal duidelijke voortekenen zijn. De zon en maan zullen niet langer schijnen, de sterren zullen uit de lucht vallen en de hemel en aarde zullen schudden. Dat zal een heel schokkende gebeurtenis zijn en iedereen zal het zien en weten. Maar hoe worden dan de profetieën vervuld waarin de Heer komt “als een dief” en waarin Hij op deuren klopt? Als de Heer afdaalt op een wolk, zal iedereen dat zien. Zal er dan nog iemand moeten getuigen: “Kijk, de bruidegom komt; ga uit om hem te ontmoeten”? De Heer heeft ook gezegd: “Maar eerst moet hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden.” Hoe zal die profetie worden vervuld? Er staan ook meerdere profetieën in de Bijbel waarin staat dat als de Heer wederkeert in de laatste dagen, Hij werken zal voltooien. Zo zal het werk van het oordeel beginnen met het huis van God. Hij zal de boekrol openen en de zeven zegels verbreken, en er zal worden geoogst en gedorst. Mensen zullen van elkaar worden gescheiden, zoals schapen van geiten worden gescheiden, het kaf van het koren wordt gescheiden en de goede van de slechte dienstknechten worden gescheiden. Als de Heer in volle glorie afdaalt op een witte wolk en iedereen het ziet, dan zou dat zeker de spirituele vorm van de opgestane Heer Jezus die aan de hele mensheid verschijnt. Zou iedereen dan niet op de grond neervallen en Hem gehoorzamen en volgen? Wie zou Hem kunnen weerstaan? Hoe zouden dan de schapen van de geiten en de goede dienstknechten van de slechte dienstknechten kunnen worden onderscheiden? Hoe zou er dan kunnen worden geoogst en gedorst? Er staan veel profetieën in de Bijbel over de wederkomst van de Heer in de laatste dagen. Als we de andere profetieën negeren, maar ons alleen richten op enkele gedeelten in de Bijbel over de wederkomst van de Heer waarin Hij afdaalt op een witte wolk, is dat dan niet wat willekeurig? Dan lopen we het risico dat we Zijn wederkomst missen en dat Hij ons afwijst.

In de Bijbel werd voorspeld dat de Heer zou terugkomen “als een dief”, en: “En rond middernacht werd er geroepen: ‘Kijk, de bruidegom komt; ga uit om hem te ontmoeten’” (Mat. 25:6). “Maar eerst moet hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden” (Luc. 17:25). Door de verschijning en het werk van Almachtige God zijn deze profetieën uitgekomen. Van de buitenkant lijkt Hij net een gewoon mens. Hij spreekt vanuit de normale menselijkheid. Wie had kunnen weten dat Hij de verschijning en het werk van de Heer was? Dit vervult de profetie dat de Heer wederkeert “Als een dief”. “Maar als u niet wakker wordt, kom ik onverwacht als een dief, op een tijdstip dat u niet kent” (Openb. 3:3). Deze profetie verwijst ernaar dat de verschijning en het werk van Almachtige God opeens verspreid zullen worden naar de religieuze wereld, net als een dief. Niemand had het kunnen zien aankomen. Zijn predikanten getuigen van Zijn woorden tegenover allen die Gods verschijning zoeken, en ze communiceren geduldig over de woorden van Almachtige God. Dit is de Heer die op de deur klopt. Sinds de verschijning en het werk van Almachtige God heeft Hij voortdurend te maken met de wrede opsporing en vervolging door de Chinese overheid. Hij heeft te lijden onder het enorme verzet, de veroordeling en afwijzing van de religieuze wereld. Er zijn zelfs vele kwade geesten en demonen die Almachtige God openlijk online hebben aangevallen, veroordeeld en gelasterd. Dat is volledig in lijn met deze profetie van de Heer: “Maar eerst moet hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden.” Als de Heer in het openbaar was afgedaald op een wolk, zoals mensen zich dat voorstellen, dan zouden het kaf, de geiten, de slechte dienstknechten en de antichristen zeker weten in aanbidding neervallen en Almachtige God accepteren. Hoe kunnen ze dan worden aangewezen? Ik ben bang dat dan zelfs de CCP-demonen en alle ongelovigen Almachtige God zouden accepteren. Zou er dan niet één grote chaos op de wereld ontstaan? Hoe kan God Zijn werk in de laatste dagen dan nog uitvoeren? Alleen als God incarneert als de Mensenzoon en zo verschijnt en werkt, kunnen deze profetieën die de Heer Jezus heeft uitgesproken, ook die over het werk van de Heer na Zijn wederkomst in de laatste dagen, worden vervuld en uitgevoerd. Almachtige God is gekomen en heeft de waarheid verkondigd om de mensheid te zuiveren en redden, en Hij doet het werk van het oordeel in de laatste dagen. Zijn schapen luisteren naar Zijn stem en wijze maagden uit elke denominatie horen de woorden die Almachtige God heeft gesproken en weten dat die waar zijn, dat het Gods stem is, en ze hebben zich allemaal tot Almachtige God gewend. Dat is de opname. Deze mensen zijn opgenomen voor Gods troon en ondergaan het oordeel en de tuchtiging voor Christus’ rechterstoel. Zij worden als eersten door God gezuiverd en tot overwinnaars bekroond. Zij worden de eerstelingen. Dat is de vervulling van deze profetie in Openbaring: “Dat zijn degenen die zich niet met vrouwen hebben afgegeven maar maagdelijk zijn gebleven. Zij volgen het lam waarheen het maar gaat. Ze zijn uit de mensheid vrijgekocht om als de eerste opbrengst te worden aangeboden aan God en aan het lam. Geen leugen komt over hun lippen, er valt niets op hen aan te merken” (Openb.14:4-5). Als God in het geheim afdaalt en Zijn groep van overwinnaars vormt, is Zijn geweldige werk voltooid. Daarna zal Hij afdalen op een wolk en openlijk verschijnen voor alle landen en volken. Dat is het moment van de geweldige wederkomst van de Heer waar jij het over hebt, de vervulling van de profetie in Openbaring 1:7: “Hij komt te midden van de wolken, en dan zal iedereen hem zien, ook degenen die hem doorstoken hebben. Alle volken op aarde zullen over hem weeklagen.” De Heer zal nu openlijk afdalen op een wolk en alle ogen zullen Hem kunnen zien. Zelfs zij die Almachtige God afwezen en veroordeelden, zullen Hem zien afdalen op een wolk. Daarom staat er: “Alle volken op aarde zullen over hem weeklagen.” De profetieën over de wederkomst van de Heer zijn nu in principe allemaal vervuld. De enige die nog niet is vervuld, is dat Hij openlijk zal afdalen op een wolk na de ramp.

Almachtige God zegt: “Veel mensen geven misschien niets om mijn woorden, maar toch wil ik iedere zogenaamde heilige die Jezus volgt vertellen dat als jullie met je eigen ogen Jezus vanuit de hemel zien neerdalen op een witte wolk dit de openbare verschijning van de zon der rechtvaardigheid zal zijn. Misschien is dat een tijd voor je van veel sensatie. Toch moet je weten dat het moment waarop jij getuige bent van de afdaling van Jezus vanuit de hemel ook de tijd is waarin jij naar de hel afdaalt om gestraft te worden. Het zal het einde van Gods managementplan inluiden, en het zal de tijd zijn waarin God de goeden beloont en de slechten straft. Want het oordeel van God zal voorbij zijn voordat de mens de tekenen ziet, als er alleen uitdrukking van de waarheid is. Wie de waarheid aanvaardt en niet op zoek is naar tekenen, en zo gezuiverd is, zal naar de troon van God en in de omarming van de Schepper zijn teruggekeerd. Alleen wie volhardt in het geloof dat ‘de Jezus die niet op een witte wolk rijdt een valse christus is’, zal aan eeuwigdurende straf onderworpen worden, want ze geloven alleen in de Jezus die tekenen laat zien, maar erkennen niet de Jezus die een streng oordeel uitspreekt en de ware weg van het leven uitvaardigt. Dus kan het alleen gebeuren dat Jezus hen aanpakt als Hij openlijk op een witte wolk terugkeert. Ze zijn te eigenwijs, hebben te veel vertrouwen in zichzelf en zijn te arrogant. Hoe kunnen zulke ontaarde mensen door Jezus worden beloond? De terugkeer van Jezus betekent een geweldige redding voor hen die de waarheid kunnen aanvaarden, maar voor hen die dat niet kunnen is het een teken van veroordeling. Jullie moeten je eigen pad kiezen, en jullie mogen de Heilige Geest niet blasfemeren en de waarheid verwerpen. Jullie zouden geen onwetende en arrogante personen moeten zijn, maar mensen die gehoorzamen aan de leiding van de Heilige Geest en hunkeren en zoeken naar de waarheid; alleen zo zullen jullie profiteren” (‘Als je het spirituele lichaam van Jezus ziet, heeft God de hemel en de aarde opnieuw gemaakt’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).


Uiteindelijk begreep ik dat de Heer Jezus reeds lang was geïncarneerd en naar de wereld was gekomen om Zijn woorden uit te drukken en het oordeelswerk van de laatste dagen, beginnende bij het huis van God, uit te voeren en dat Hij dit alles deed om de mensheid te zuiveren en te redden en om de mensheid in Zijn hemelse koninkrijk te brengen.

Door Meng’ai, Maleisië


Het jaar dat mijn man overleed, was ik een diepe wanhoop ten prooi gevallen, waar nog de last van het grootbrengen van mijn kinderen bijkwam. Mijn leven was plotseling getroffen door rampspoed, maar de liefde van de Heer was de hele tijd bij me en, met de steun van mijn broeders en zusters, wist ik deze moeilijke tijd te doorstaan. Om de liefde van God terug te betalen bleef ik geld aan de kerk doneren en de kerk dienen, en heb dat zo meer dan dertig jaar gedaan. Tijdens deze periode heb ik de bloei van de kerk meegemaakt en ben ik getuige geweest van de glorieuze gebeurtenis van de verspreiding van het evangelie van de Heer Jezus. Ik ben ook getuige geweest van troosteloosheid en hulpeloosheid in de kerk. Ik dacht terug aan het moment dat de Heilige Geest voor het eerst Zijn grote werk begon te doen in de kerk, toen we vreugde ervoeren en we veel opstaken van het luisteren naar het preken van de voorganger. Er was wederzijdse liefde tussen de broeders en zusters, alsof we allemaal één familie waren, en iedereen was verenigd in het verspreiden van het evangelie en het getuigenis afleggen van de Heer. Later, zonder te weten wat er was gebeurd, was er geen enkel licht meer in wat de voorganger predikte. Het was alsof alles niet meer was dan hetzelfde oude verhaal dat steeds weer opnieuw werd verteld, en de gelovigen konden er geen enkele vorm van geestelijk voedsel of voorziening uit halen. Hun geloof en liefde namen geleidelijk af en er kwamen steeds minder mensen naar de bijeenkomsten. Degenen van ons die wel deelnamen aan de dienst deden dit slechts plichtmatig. We handelden bij het leveren van de diensten allemaal volgens de wensen van de mensen in het ministerie en in het geheel niet in dienst van God. We spanden ons veeleer in ten overstaan van andere mensen en probeerden hen te behagen. Ik wist dat dit soort dienst niet in overeenstemming met Gods wil was en het was dus heel pijnlijk voor me. Ik voelde me ook hulpeloos. Ik had geen idee hoe ik het pad dat voor me lag zou moeten bewandelen. Ik hoopte daarom des te meer dat de Heer zo spoedig mogelijk zou wederkomen, zodat al deze problemen zouden worden opgelost.

Net toen ik het helemaal niet meer wist, onderzocht ik in 2016 het werk van Almachtige God in de laatste dagen. Ik las flink wat van het woord van Almachtige God en luisterde naar wat de broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God communiceerden en waar ze van getuigden. Uiteindelijk begreep ik dat de Heer Jezus reeds lang was geïncarneerd en naar de wereld was gekomen om Zijn woorden uit te drukken en het oordeelswerk van de laatste dagen, beginnende bij het huis van God, uit te voeren en dat Hij dit alles deed om de mensheid te zuiveren en te redden en om de mensheid in Zijn hemelse koninkrijk te brengen. Het woord van Almachtige God maakte me het mysterie van de wederkomst van de Heer duidelijk waarover ik zoveel jaren had nagedacht. Ik begreep dat de wederkomst van de Heer in twee vormen was onderverdeeld: de verborgen komst en de openlijke komst. De Heer incarneert eerst als de Mensenzoon tijdens de verborgen komst om Zijn woorden uit te drukken en de mens te oordelen en te reinigen, en om vóór de rampen een groep overwinnaars te vormen. Wanneer de grote rampen neerdalen, zal Hij de goeden belonen en de kwaden straffen, en Hij zal openlijk komen en aan alle naties en volken verschijnen. Op dat ogenblik zal het werk van de geïncarneerde God tijdens de verborgen komst reeds beëindigd zijn, en zullen allen die zich tegen Gods werk in de laatste dagen verzetten en het veroordelen onder veel geween en tandengeknars door de rampen worden getroffen. De broeders en zusters communiceerden ook met me over zulke waarheden als de drie fasen van Gods werk om de mensheid te redden, het belang van Gods incarnatie, en hoe God het oordeelswerk in de laatste dagen zal uitvoeren. Ik begreep toen waarom we eerder, tijdens het dienen in de kerk, Gods leiding niet hadden gehad, en waarom er voor ons geen pad voorwaarts was in het lezen van de Schrift, in gebed en in Bijbelstudie. Ik begreep waarom we de tegenwoordigheid van de Heilige Geest niet hadden gevoeld. God had nieuw werk uitgevoerd, het Tijdperk van Genade afgesloten en het Tijdperk van het Koninkrijk bewerkstelligd. De Heilige Geest werkte niet langer meer in de kerken van het Tijdperk van Genade, zodat de geest van de mensen verdorde en verduisterde, zonder enige vreugde of genoegen, en de mensen geen enkel geestelijk voedsel in hun spirituele leven konden ontvangen. Het was dankzij Gods leiding en regie dat ik Gods stem kon herkennen in het woord van Almachtige God, en ik aanvaardde blij het werk van God in de laatste dagen. Nadien deelden de broeders en zusters regelmatig online het woord van Almachtige God met me. Het zien van de films, video’s van dans met koormuziek en muziekvideo’s die door De Kerk van Almachtige God waren geproduceerd boden me veel geestelijk voedsel en ik dankte God vanuit de grond van mijn hart ervoor dat Hij me voor Zijn troon had geleid. Ik genoot ervan te worden geweid en gevoed door het woord van God en ik ging een gelukzalig leven binnen waarin ik van aangezicht tot aangezicht met God leefde.

Op een dag, het kwam volkomen uit de lucht vallen, zond een echtgenote van één van de voorgangers van de kerk me een boodschap die luidde: “Waarom likete je een bericht van Bliksem uit het oosten? Je liet ook toe dat het op je tijdlijn werd gezet. Het gaat tegen Gods wil in dit te doen. Als onze parochianen dit bericht over Bliksem uit het oosten zien en geïnteresseerd raken in de woorden van Almachtige God, gaan ze allemaal over Bliksem uit het oosten lezen, en wat moeten we dan doen? Je moet geen contact meer opnemen met de mensen van Bliksem uit het oosten. Je moet onmiddellijk hun contactinformatie wissen […].” Ik antwoordde: “De gospelfilms, lofzangen en muziekvideo’s van De Kerk van Almachtige God zijn allemaal best wel goed, en ik heb er veel aan gehad. Ik zou ze een like moeten geven!” Ik wilde meer berichten naar de echtgenote van de voorganger sturen, maar voordat ik zelfs maar mijn bericht had voltooid, zei ze talloze dingen waarmee ze Almachtige God aanviel en veroordeelde, en De Kerk van Almachtige God belasterde. Ik zag dat ze er helemaal niet naar verlangde deze belangrijke kwestie van de wederkomst van de Heer te onderzoeken, maar alleen maar naar eigen inzicht oordelen wilde vellen en veroordelende opmerkingen wilde plaatsen. Ik wilde hier niet langer met haar over praten en veranderde dus van onderwerp.

Een paar dagen nadat dit was gebeurd, kwam voorganger Yang me opzoeken om te praten. Na enkele beleefdheden vroeg voorganger Yang me: “Heb je online onderzoek gedaan naar andere religieuze groeperingen?” Ik begreep niet waarom voorganger Yang me zo’n vraag zou moeten stellen en antwoordde: “Mijn vrienden op Facebook behoren tot veel verschillende denominaties, en als ik denk dat de artikelen die ze publiceren juist en goed zijn, probeer ik ze altijd te begrijpen en te zien of ze nieuw licht bevatten. Beweer je dat het fout is dit te doen?” Voorganger Yang vroeg me nogmaals: “Ben je twee jaar geleden bekeerd tot Bliksem uit het oosten? Waarom wil je Bliksem uit het oosten onderzoeken? Ga je ook regelmatig op zoek naar zuster die-en-die (een zuster die Gods werk in de laatste dagen heeft aanvaard, van wie foto’s zijn gepubliceerd en die door de voorganger van haar oorspronkelijke kerk was veroordeeld en verlaten)? […]” Toen ik het spervuur van vragen van voorganger Yang aanhoorde, begon ik geïrriteerd te raken zei: “De Kerk van Almachtige God is goed, en binnen haar is de waarheid en het werk van de Heilige Geest. Ik zal me laten leiden naar elke plek waar de waarheid en het werk van de Heilige Geest is, en dit is alleen maar correct. Er is geen nieuw licht in onze kerk, mijn geest is verduisterd en ik kan hier geen enkel geestelijk voedsel vinden. Ik wil een kerk vinden die het werk van de Heilige Geest heeft, waar mijn leven het voedsel van de waarheid kan ontvangen. De leer van Bliksem uit het oosten spreekt me aan en de woorden van Almachtige God zijn allemaal de waarheid. Ze laten me geestelijk voedsel ontvangen. Het was niet verkeerd dat ik Bliksem uit het oosten onderzocht, het staat me vrij dat te doen.” Voorganger Yang zei: “Wat de mensen van Bliksem uit het oosten prediken gaat de Bijbel te buiten, en er zijn geen andere woorden van God dan die in de Bijbel staan. Als wat ze prediken afwijkt van de Bijbel dan is het fout.” Ik zei: “Ik heb ooit een voorganger hetzelfde horen zeggen en ik dacht er zelf ook altijd zo over. Maar na het lezen van het woord van Almachtige God, en na te hebben geluisterd wat de broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God hierover communiceerden, ben ik er achter gekomen dat deze zienswijze slechts gevormd wordt door onze eigen opvattingen en voorstellingen. Deze zienswijze is in het geheel niet in overeenstemming met de waarheid en komt niet overeen met de feiten. God is alomvattend en God is rijk aan wijsheid. Hoe kunnen we Gods woorden en werk alleen maar beperken tot de Bijbel? De Bijbel zegt: ‘Jezus heeft nog veel meer gedaan: als al zijn daden, een voor een, opgeschreven zouden worden, zou de wereld, denk ik, te klein zijn voor de boeken die dan geschreven moesten worden’ (Johannes 21:25). We kunnen hier zien dat de woorden en het werk van God die in de Bijbel staan te beperkt van reikwijdte zijn. Niet alles wat de Heer Jezus in die tijd sprak werd opgenomen in de Bijbel, laat staan de woorden die zijn gesproken door de wedergekeerde Heer. Bovendien is het werk van Almachtige God gebouwd op de fundering die is gelegd door de Heer Jezus. Het werk van Almachtige God en dat van de Heer Jezus zijn het werk van één God […].” Voorganger Yang luisterde totaal niet naar wat ik zei en toonde geen enkele interesse in zoeken en onderzoeken. Hij bleef alleen maar doorgaan met dingen zeggen die tegen Almachtige God en De Kerk van Almachtige God ingingen en deze veroordeelden en vroeg me: “Hoe heb je de website van De Kerk van Almachtige God leren kennen? Heb je hun boeken? Heb je het werk van Almachtige God aan iemand anders gepredikt? Heb je het aan je kinderen gepredikt? Geef me de namen van de mensen van De Kerk van Almachtige God […].” Hij eiste ook van me dat ik nooit meer een bijeenkomst met mensen van De Kerk van Almachtige God zou bijwonen. Als ik niet zou gehoorzamen en in contact zou blijven met De Kerk van Almachtige God, zou hij me uit de kerk zetten, zou hij ervoor zorgen dat ik nooit meer naar welke kerk dan ook zou kunnen gaan en zou hij mijn reputatie grondig besmeuren. Ik was geschokt door de voorganger Yang die ik recht tegenover me zag. Hoe was voorganger Yang, die altijd zo goedaardig en nederig was, en die altijd zulke vriendelijke woorden sprak, getransformeerd in zo’n barbaars en onredelijk mens? Ik vertelde hem: “Het is mijn recht de waarheid te onderzoeken, en niemand heeft het recht zich daarmee te bemoeien. Wat betreft de vraag of de leerstellingen van Bliksem uit het oosten de ware weg zijn of niet zou je ze allereerst niet blindelings moeten oordelen en veroordelen. Je kunt ze voor jezelf gaan onderzoeken op de websites van De Kerk van Almachtige God, waar ze heel veel materiaal bieden. Je vindt er allerlei soorten boeken over Gods woorden. Ga zelf maar kijken of het woord van Almachtige God de stem van de wedergekeerde Heer Jezus is […].” Voorganger Yang wilde absoluut niet luisteren naar wat ik zei, maar bleef weerstand bieden en veroordelen. Hij bedreigde me en zei dat ik De Kerk van Almachtige God moest verlaten. Hoe meer hij sprak hoe meer voorganger Yang over de schreef ging. Ik werd buitengewoon verontwaardigd en zei tegen hem: “De Heer Jezus zei: ‘Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt. Want op grond van het oordeel dat je velt, zal er over je geoordeeld worden’ (Matteüs 7:1–2). Als je nog nooit de woorden en het werk van Almachtige God hebt onderzocht, hoe kun je dan zomaar willekeurig oordelen uitspreken en veroordelende opmerkingen maken? Wanneer je zo handelt, is dat dan op een manier die de Heer vereert?” Voorganger Yang zag dat ik niet naar hem luisterde en dat ik hem had weerlegd. Hij zei dus verder niets meer.

Tijdens de volgende dagen begon voorganger Yang me in de gaten te houden. Dit vervulde me met zorg en leidde ertoe dat ik mijn geloofsvrijheid kwijtraakte. In de kerk scheidde slechts een gang het kantoor van voorganger Yang van mijn eigen kantoor. Hij bleef maar in mijn kantoor opduiken om te zien wat ik aan het doen was, en soms zei hij dat hij naar het toilet ging, maar bleef me dan vanaf de gang observeren. Op een dag kwamen er twee zusters van De Kerk van Almachtige God bij mijn kantoor langs voor een gezellig praatje. Zodra de zusters waren vertrokken ging voorganger Yang op zoek naar mijn assistent. Mijn assistent vertelde me later dat voorganger Yang haar had gevraagd wie deze twee mensen waren en waarom ze op bezoek waren gekomen … Voorganger Yang lette de hele dag op mij alsof hij een crimineel in de gaten hield. Ik voelde me daardoor erg beklemd en volledig beperkt in mijn vrijheid. Op een dag ging ik niet naar de kerk en nam ik deel aan een online bijeenkomst met enkele broeders en zusters. Precies op dat moment, toen ik in mijn woonkamer ijverig aantekeningen aan het maken was van de bijeenkomst, verscheen voorganger Yang plotseling achter me (de deur stond open en iedereen die langs kwam kon de kamer binnenkomen) en zei: “Wat ben je aan het doen? Wat ben je aan het opschrijven?” Ik sprong geschrokken op bij het horen van de plotselinge, onverwachte stem. Ik voelde me slecht op m’n gemak dat ik op zo’n manier door hem was gestoord en wat ik ook deed, ik kon niet terugkeren naar mijn rustige gesteldheid. Ik was ontzettend boos op hem en dacht: Het onderzoeken van de ware weg in je geloof in God is goed en juist, en het is een recht dat een christen zou moeten hebben. De Heilige Geest werkte niet langer in onze kerk en de parochianen waren allemaal negatief, zwak en geestelijk verdord. Ze leefden in een omgeving die was afgezonken in duisternis, en ik was op zoek naar een kerk waar de Heilige Geest in werkte. Wat was er fout aan op zoek te gaan naar de voetstappen van God? Waarom wilde hij me in de gaten houden? Waarom liet hij me niet met rust?

Niet alleen controleerde en hinderde de voorganger me, er was ook een ouderling die me zelfs opbelde om me lastig te vallen. Hij vertelde me: “Wat de mensen van De Kerk van Almachtige God prediken gaat de Bijbel te buiten. Als je in de Heer gelooft, kun je de Heer niet verraden, Hij die je zoveel goedheid heeft getoond. Je kunt niet zo gewetenloos zijn […].” Ik diende hem van repliek: “Almachtige God en de Heer Jezus zijn één en dezelfde God, en ik heb zeker de Heer Jezus niet verraden door in Almachtige God te geloven. Ik houd slechts de voetsporen van het Lam bij […].” Hoe ik het ook probeerde uit te leggen, de ouderling was precies hetzelfde als de voorganger. Hij zei alleen maar veroordelende en lasterende dingen en hinderde me bij het aanvaarden van het werk van Almachtige God in de laatste dagen, hij weigerde om ook maar naar een enkel woord van wat ik communiceerde of adviseerde te luisteren. Ik wilde niet langer met hem praten en bedacht een excuus om op te kunnen hangen. De ouderling liet me echter niet ontsnappen. Hij bleef me bellen om me lastig te vallen en zei dat ik door mijn geloof in Almachtige God de genade van de Heer had vergeten en Hem had bedrogen. Ik herinnerde me wat in Openbaring werd gezegd: “Zij volgen het lam waarheen het maar gaat” (Openbaring 14:4). Op de fundering van het verlossingswerk van de Heer Jezus, voert Almachtige God de werkfase van het oordelen en zuiveren van mensen door middel van woorden uit, en mijn aanvaarding van Almachtige Gods werk in de laatste dagen toonde duidelijk aan dat ik de voetsporen van het Lam bijhield. Hoe kon iemand beweren dat ik de Heer Jezus verraadde? Toen de Heer Jezus kwam om te werken, lieten de mensen die in Jehova hadden geloofd de wet achter en aanvaardden het evangelie van het koninkrijk dat werd gepredikt door de Heer Jezus. Ze volgden de Heer Jezus, maar hadden ze de redding van Jehova vergeten? Was dit verraad ten opzichte van Jehova? Is dit geen dwaling? Nadat dit had plaatsgevonden, zond de voorganger me opnieuw online enkele berichten waarin hij Almachtige God lasterde, veroordeelde en zich tegen Hem verzette. Het lezen van zulke afschuwelijke woorden liet me opnieuw walgen en in woede ontsteken. Alleen Satan was in staat zulke godslasteringen te uiten. Hoe kon het zijn dat zij in hun functie als leiders in de kerk geen enkele vrees voor God hadden en al dit soort godslasteringen durfden uit te spreken? Het herinnerde me aan de woorden van de Heer Jezus: “Maar wie kwaadspreekt van de heilige Geest zal niet worden vergeven, noch in deze wereld, noch in de komende” (Matteüs 12:32). Het lasteren van God is een grote en verschrikkelijke zonde! Ik had een slepend gevoel van angst voor hen, maar wat ik ook zei, ze hielden gewoon hun oren dicht en weigerden ook maar iets te horen. Ze gingen gewoon door met veroordelen, zich verzetten en godslasteren. Ik kon het gewoon niet begrijpen: De ouderling en de voorganger hadden beiden kennis van de Bijbel en hadden theologie gestudeerd, en de woorden van Almachtige God waren met zo’n helderheid gesproken, hoe kwam het dan dat ze Zijn woorden niet wilden zoeken of onderzoeken? Waarom bleven ze er dan absoluut op staan Almachtige God te veroordelen en zich tegen Hem te verzetten?

Dit in gedachten houdend ging ik de broeders en zusters van De Kerk van Almachtige God opzoeken. Zuster Lin communiceerde met me en sprak: “Wat betreft de vraag waarom de ouderling en de voorganger niet Almachtige Gods werk in de laatste dagen zoeken of onderzoeken, maar in plaats daarvan Hem fanatiek veroordelen en zich tegen Hem verzetten – Almachtige God heeft reeds lang geleden de essentie en de oorsprong van dit probleem duidelijk gemaakt. Almachtige God zegt: ‘Willen jullie weten wat er aan de wortel van de tegenstand van de farizeeërs tegen Jezus ligt? Willen jullie de essentie van de farizeeërs kennen? Ze zaten vol fantasieën over de Messias. Sterker nog, ze geloofden alleen dat de Messias zou komen, maar de waarheid van het leven zochten ze niet. En dus wachten ze zelfs in de huidige tijd nog op de Messias, want ze kennen de weg van leven niet, en ze weten niet wat de weg van de waarheid is. Hoe, zeggen jullie, kunnen zulke dwaze, eigenwijze en onwetende mensen de zegen van God ontvangen? Hoe kunnen ze de Messias zien? Ze stonden tegen Jezus op omdat ze niet wisten waar het werk van de Heilige Geest heen leidde, omdat ze de weg van de waarheid die door Jezus onder woorden was gebracht niet kenden en bovendien de Messias niet begrepen. En omdat ze de Messias nog nooit hadden gezien, en nog nooit in het gezelschap van de Messias hadden verkeerd, maakten ze de fout betekenisloze eer te bewijzen aan de naam van de Messias en ondertussen op alle mogelijke manieren op te staan tegen het wezen van de Messias. In essentie waren deze farizeeërs koppig, arrogant en gehoorzaamden ze de waarheid niet. Het principe van hun geloof in God is als volgt: Hoe wijs je preken ook zijn, hoe hoog je gezag, jij bent Christus niet tenzij je Messias wordt genoemd. Zijn dit geen ongerijmde en belachelijk ideeën?’ (‘Als je het spirituele lichaam van Jezus ziet, heeft God de hemel en de aarde opnieuw gemaakt’ in Het Woord verschijnt in het vlees). ‘Kijk maar naar de leiders van elke denominatie. Allemaal zijn ze arrogant en zelfgenoegzaam. Ze interpreteren de Bijbel buiten de context en volgens hun eigen verbeelding. Ze rekenen allemaal op gaven en belezenheid om hun werk te doen. Als zij niet in staat waren om over iets te preken, zouden die mensen hen dan volgen? Want het is waar dat ze wat kennis hebben, dat ze over sommige doctrines kunnen spreken, of dat ze weten hoe ze anderen voor zich kunnen winnen en gebruik kunnen maken van kunstgrepen. Ze gebruiken deze om mensen naar zich toe te trekken en te misleiden. Deze mensen geloven symbolisch in God, maar in werkelijkheid volgen ze hun leiders. Als ze iemand tegenkomen die de ware weg preekt, dan zouden sommigen van hen zeggen: “We moeten onze leider raadplegen over ons geloof.” Hun geloof moet via een mens gaan. Is dat niet een probleem? Wat is er dan van deze leiders terechtgekomen? Zijn ze niet farizeeërs, valse herders, antichristen en struikelblokken geworden voor mensen in de aanvaarding van de ware weg?’ (‘Alleen het najagen van de waarheid is het ware geloof in God’ in Verslagen van de gesprekken van Christus). Toen de Heer Jezus aanvankelijk Zijn werk kwam doen, werd Hij belaagd door de fanatieke veroordeling en het verzet van de Joodse leiders – de hogepriesters, schriftgeleerden en farizeeën. Uiteindelijk kruisigden ze de Heer Jezus. De voorouders van de farizeeën geloofden in God en waren expert in de wet. Waarom veroordeelden en weerstonden ze de Heer Jezus dan en nagelden Hem aan het kruis? We kunnen uit het woord van God opmaken dat dit voortkwam uit hun satanische natuur van koppigheid, arrogantie en het zich niet onderwerpen aan de waarheid. De Heer Jezus drukte zoveel waarheid uit, en toch onderzochten ze het niet en gingen er ook niet naar op zoek, maar hielden zich liever vast aan hun eigen standpunten. Hun geloof in God berustte alleen maar op hun eigen opvattingen en voorstellingen, en ze interpreteerde de Bijbel door verzen uit hun context te halen. Dit leidde ertoe dat ze blind werden en niet in staat verlichting van God te ontvangen. Ze kenden het werk van de Heilige Geest niet en begrepen de waarheid niet, noch konden ze Gods stem begrijpen. Hiermee werden de woorden van de Bijbel werkelijk bewaarheid: ‘Jullie zullen goed luisteren maar niets begrijpen, en jullie zullen goed kijken maar geen inzicht hebben. Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten’ (Matteüs 13:14–15). In de laatste dagen zijn de voorgangers en ouderlingen in religieuze kringen gelijk aan de farizeeën van die tijd – waar ze belang aan hechten is kennis van de Bijbel en theologische theorie. Ze vertrouwen op hun eigen denken en voorstellingen om het woord van de Heer te interpreteren en om de manier waarop de Heer zal wederkeren af te bakenen. Ze klampen zich koppig vast aan hun eigen opvattingen en voorstellingen en zoeken in het geheel niet naar de waarheid. Ze onderzoeken niet alleen niet het werk van God in de laatste dagen, maar weerstaan en veroordelen Hem blindelings, waarmee ze hun satanische natuur van koppigheid, arrogantie en vijandigheid ten opzichte van de waarheid openbaren. Ze studeren theologie en rusten zich uit met kennis van de Bijbel. Dit betekent echter niet dat ze enige liefde voor de waarheid hebben en het betekent ook niet dat ze in staat zijn de waarheid te aanvaarden of te gehoorzamen. Ze zetten Bijbelkennis en theologische kennis uiteen, waarbij hun enige doel is hun eigen roem te doen toenemen en hun reputatie te verhogen. Ze doen dit om hun eigen status te beschermen en opdat gelovigen eerbiedig naar hen opkijken, hen bewonderen en hen volgen. Ze zien dat de woorden die Almachtige God uitdrukt de waarheid zijn en dat ze mensen kunnen overwinnen en redden, en dat veel mensen die een liefde voor de waarheid hebben en die verlangen naar Gods verschijning het woord van Almachtige God hebben gelezen en zich tot Almachtige God hebben gewend. Ze geloven dat het werk van Almachtige God een bedreiging voor hun status en levensonderhoud is en daarom verweren ze zich zo fanatiek en doen ze hun best Almachtige God te veroordelen en weerstaan. Ze doen alles wat nodig is om gelovigen ervan te weerhouden en te verhinderen zich tot Almachtige God te wenden in een poging Gods uitverkorenen voor altijd te domineren. Dit is de onderliggende oorzaak van het feit dat ouderlingen en voorgangers het werk van Almachtige God niet zoeken of onderzoeken en waarom ze Almachtige God zo fanatiek weerstaan en veroordelen. Er kan worden opgemaakt uit de slechte daden van de voorgangers en ouderlingen die zich tegen God verzetten dat ze de farizeeën van onze tijd zijn, en dat ze de obstakels en struikelblokken zijn die gelovigen ervan weerhouden de waarheid te aanvaarden en te worden opgenomen in het hemelse koninkrijk. Zij zijn de antichristen, zij die zich tegen God verzetten en God tot hun vijand maken, zij die door Gods werk in de laatste dagen zijn ontmaskerd.”

Na het woord van Almachtige God en wat de zuster had gecommuniceerd te hebben gehoord, vergeleek ik het met wat de voorganger en de ouderling hadden gezegd en gedaan. Ik zag dat het woord van Almachtige God op een bijzonder praktische manier was gesproken en dat, hoewel de voorganger en ouderling zeer belezen waren in de Bijbel en de Bijbel konden toelichten, dit toch niet betekende dat ze enige kennis van God hadden. Ze vertrouwden bij hun werk op hun natuurlijke talent en kennis om zich te verheffen zodat anderen hun zouden aanbidden en volgen. Oppervlakkig gezien leek het alsof ze God dienden, maar in werkelijkheid dienden ze hun eigen opvattingen en voorstellingen, hun eigen status en levensonderhoud. Doordat de voorganger en de ouderling me regelmatig lastigvielen en hinderden, doorzag ik hen en zag ik in wie ze werkelijk waren. Ze waren antichristen die in God geloofden maar niet de waarheid zochten, die God dienden en zich toch tegen Hem verzetten. Hoewel de voorganger en de ouderling het tot op de dag van vandaag niet hebben opgegeven me lastig te vallen, heb ik reeds duidelijk hun antichristelijke essentie van vijandschap tegenover de waarheid en verzet tegen God gezien. Ik zal mezelf niet langer toestaan door hen te worden lastiggevallen en gecontroleerd, en ik ben er volledig zeker van dat het werk van Almachtige God in de laatste dagen waar is. Ik wil Almachtige God tot op het laatst volgen en nooit opgeven! Amen!

I BUILT MY SITE FOR FREE USING